Wat als... wij Jani Kazaltsis eens mochten stylen? Ontdek hier het experiment van de eeuw.
Zo man, zo vrouw, of iets daartussenin? Voor ons septembernummer én gender issue draaiden we dit seizoen de rollen om: mannen werden als vrouwen gekleed en omgekeerd, maar vooral: uberstylist Jani werd voor de verandering eens door een ander gestyled. Uiteraard als vrouw. Het is een soep geworden, maar wel een heel smakelijke! Jani zou uiteraard Jani niet zijn, moest hij de hele ervaring niet uitgebreid van zijn gekleurde commentaar voorzien. Ontdek hier zijn mening over onze styling, zijn coming out, zijn eigen "foute Johnny periode" en homotoiletten...:
‘Voor mij is dit een speciale outfit. Ik ga normaal vrij sober gekleed, maar dit was heel high end. En dan ook nog eens androgyn. Lieve Gerrits is een goeie vriendin van mij. Ik vond haar styling supergeslaagd. Op de foto zie ik er heel serieus uit, maar eigenlijk hebben we heel hard gelachen. Ik moest ‘vrouwelijk’ poseren. Ik dacht dat ik dat geweldig goed zou kunnen. Als ik het niet kan, wie dan wel? Maar mijn handen waren een groot probleem, ik kon er geen weg mee. Wat doen vrouwen met hun handen? Ze zaten de hele tijd in de weg. Ik heb nooit zo stilgestaan bij mijn vrouwelijke kant, die is er gewoon altijd geweest. Ik ben niet heel vrouwelijk van doen, maar wel van gevoel en van karakter. Ik ben erg emotioneel. En ik doe het huishouden heel graag. Ik doe niets liever dan koken en mijn huis op orde zetten. Ik wil niet seksistisch klinken, maar dat lijkt me toch een vrouwelijke eigenschap. Ik zag eerder een rolmodel in mijn moeder dan in mijn vader. Die werkte, dus we zagen hem niet zo vaak.”
“Ik dacht dat mijn ouders al wel doorhadden dat ik homo was. Maar toen ik uit de kast kwam, was het toch nog een verrassing. Ze hadden het er eerst moeilijk mee en ik begrijp nu waarom. Als ouder koester je bepaalde verwachtingen voor je kind en die droom valt plots in duigen, zo lijkt het althans. Het vraagt een aanpassing om het leven van je kind in een nieuw daglicht te zien. Mijn mama was bang dat ik uitgelachen zou worden, dat ik geen job zou vinden... Eigenlijk heb ik van ‘homo zijn’ mijn job gemaakt. Mijn carrière begon met ‘De heren maken de man’, een tv-programma dat draaide rond vijf homo’s. Ik heb me nooit een bal aangetrokken van wat anderen denken, op dat vlak sta ik heel sterk in mijn schoenen. Dat is mijn grote geluk in dit leven.”
“Ik weet niet of gender veel zegt over je geaardheid. Ik denk zelf ook wel eens in hokjes, dan zie ik een mannelijke vrouw en dan denk ik: zeker lesbisch. Maar dat mag ook, het is menselijk. Peter Van de Veire is een goeie vriend van mij. Hij is absoluut geen homo, maar hij wordt er vaak voor aanzien. Hij speelt er graag mee, voor de fun en om een beetje te provoceren. Maar als ik hem zou kussen, zou hij mij een lap verkopen. Soms is het gewoon een uitlaatklep. David Bowie, Alice Cooper, Aerosmith... ze zagen er androgyn uit, maar ze waren niet homo. Ik ken vrouwen met enorme ballen aan hun lijf, groter dan de mijne, die toch hetero zijn. Ik val op echte mannen, mijn lief trekt bosjes vrouwen aan. En dan kom ik aangetrippeld. Tadaaaa... Met echte mannen bedoel ik geen macho aanstellers hé. Ons rollenpatroon is dan ook nogal klassiek: ik kook graag, want dat ontspant mij. En als we geen poetsvrouw hadden, zou ik sowieso degene zijn die het huis kuist.”
“Ik heb me zo goed geamuseerd in de nineties. Toen kon echt alles! Ik droeg make-up en lichtgevende blauwe lipstick. Niemand vond dat vreemd, anders kwam je de La Rocca gewoon niet binnen. Bij Mac & Maggie kocht ik een zwarte plastieken broek, als ik ze uitdeed, zagen mijn benen zwart van de verf. Ik heb vroeger zoveel foute kleren gedragen! Ik was de marginaalste Johnny ever! Niet te doen: Buffalo’s, gaatjesshirt, een hanenkam... Nee, ik schaam me niet, ik ben er zelfs trots op! Het is absoluut noodzakelijk dat je zo’n totaal foute periode meemaakt in je leven. Ik wens het alle jongeren toe. Doe gewoon wat je wil! Daarom geef ik nooit stylingtips aan de jeugd, het is hun plicht om de afschuwelijkste dingen te dragen. Wie zal het anders doen? Als je ouder wordt, kalmeer je vanzelf wel of je belandt in een van mijn programma’s.”
“Vroeger droeg ik wel eens vrouwenkleren, omdat ik zo dun was. Nu hou ik het vrij sober, ik ben een beetje Vlaams geworden: strakke lijnen, mooie snit. De pasvorm primeert op het extravagante. Ik hou van pakken die perfect op snee zijn. Jeans draag ik vrijwel nooit, doe mij maar een kostuum. Wat dat betreft, heb ik wel iets gemeen met Bent Van Looy. Mijn vriend vindt het super als ik eens een jeansbroek aantrek, op vakantie of zo, maar hier voelt dat te gewoontjes. Dan moet er weer een cool hemd bij en chique schoenen. Dan begint het stylen en gaat het hele idee achter de jeans verloren. Ik voel me gewoon niet goed als ik niet opgekleed ben. Ik snap niet dat mensen drie dagen in een joggingpak kunnen rondlopen, dan bengel ik aan een koord.”
“Moet er zoiets bestaan als een genderneutraal toilet? Dat is een filosofische vraag. Ik vind eigenlijk dat er geen aparte wc voor mannen en vrouwen mag bestaan. Iedereen naar dezelfde wc! Of wacht... Dat is voor niemand plezant. Als ik moet kiezen tussen het mannen-, vrouwen- of genderneutrale hokje, wow, dat is een moeilijke. Stel je voor dat ik naar het homotoilet moest... Dat zou naar discriminatie ruiken. Maar ik kan me voorstellen dat het voor een transgender of transseksueel een hele opluchting is om niet te moeten kiezen. Ik voel heel erg mee met transgendermensen. We moeten veel meer begrip tonen als samenleving, want ook transgenders zijn zo geboren en ze willen net als iedereen graag gezien zijn. Toch dwingt de samenleving hen om een leven te leiden dat niet bij hen past. Ze worden vaak uitgescholden voor freak en nagewezen, of erger. Ik ken mensen die zo moeten leven, het is een echte lijdensweg. Je moet er heel sterk voor zijn.”