“Mode is architectuur: het is een kwestie van proporties,” aldus Coco Chanel. Wij gaan akkoord -net als met ongeveer alles wat de ontwerpster ooit heeft gezegd.
De twee disciplines verschillen dan wel enorm van schaal, maar wat esthetiek, materiaalkeuze, verhoudingen en zin voor poëzie betreft, hebben ze veel gemeen. Bovendien zijn het twee kunstvormen die beantwoorden aan een praktische nood. Geen wonder dus dat mode graag flirt met architectuur en vice versa. Aan deze aantrekking hebben we heel wat leuke wisselwerkingen te danken, hier zijn de vijf mooiste romances tussen mode en architectuur:
Prada x Rem Koolhaas
Wie OMA’s Fondazione Prada art center in Milaan al bezocht heeft, is met eigen ogen getuige geweest van het schitterende resultaat van de voortdurende samenwerking tussen Miuccia Prada en de sterarchitect Rem Koolhaas. OMA is al jaren verantwoordelijk voor de iconische Prada catwalks, de drijvende runway op het water, het ‘oneindige paleis’ en het ontwerp van de prachtige Prada boetieks in NYC en L.A. De ‘city of the arts’, zoals Koolhaas de Fondazione noemt, is de kroon op de samenwerking tussen het wereldbekende Nederlandse architectenbureau en het Italiaanse Haute Couture huis. Het complex is een typisch staaltje OMA architectuur, met een verrassende collage van vormen en materialen: staal, beton, spiegels en ... bladgoud. Het levensgrote bewijs dat mode en architectuur een droomteam zijn. Ook nog even dit: het visuele Labyrinth voor de “Manus x Machina” expo van het New Yorkse MET museum was een ontwerp van OMA
Armani x Tadao Ando
Giorgio Armani vond zijn match in de Japanse architect Tadao Ando. De sterarchitect en Pritzker Prize laureaat staat bekend om zijn minimalistische architectuur, zijn liefde voor zichtbeton en een leesbare constructie. In 2001 verenigden de twee titanen hun ideeën in het Armani Teatro. Armani’s nieuwe evenementenlocatie is gevestigd in een voormalige Nestlé fabriek, telt 3400 vierkante meter en 558 stoelen, waarin journalisten en fashionista's mogen plaatsnemen, omringd door de indrukwekkende constructie van Tadao Ando. Wanneer de collecties niet al je aandacht opeisen, stelen het spel van licht en water de show. Esthetiek is hier alomtegenwoordig.
Comme des Garçons x Le Corbusier
Rei Kawakubo van Comme des Garçons ziet de iconische Zwitserse architect Le Corbusier als een groot voorbeeld en een belangrijke inspiratiebron voor haar werk. Aan Dazed and Confused verklaarde ze ooit dat de ze een enorm respect heeft voor de ‘eenvoud en ruimtelijkheid’ van Le Corbusier’s esthetiek. Deze passie en interesse vertaald zich in haar kleding, die vaak meer als een verzameling structuren dan als weefsels in elkaar steekt.
Tom Ford
Net als Pierre Cardin, Pierre Balmain en Gianni Versace volgde Tom Ford een architectuur opleiding alvorens zich op mode toe te spitsen. Ford studeerde architectuur aan the Parsons School of Design in New York en Parijs, in zijn laatste jaar schakelde hij over naar mode. “Op een morgen werd ik wakker en dacht ‘wat ben ik aan het doen?’ Architectuur was te serieus. Ik bedoel, bij elk project dat ik deed, verwerkte ik er op de een of andere manier een jurk in. Zo realiseerde ik mij dat mode de ideale balans tussen kunst en handel was,” verklaarde Ford aan The Independent. Maar de invloed van zijn studies blijft voelbaar in Tom Fords werk, dat gekenmerkt wordt door verfijnd minimalisme. “God is in the details”: met die woorden beschreef hij ooit het werk van zijn favoriete architect Mies van der Rohe, maar hetzelfde kan gezegd worden over zijn eigen stijl.
Raf Simons
Ook creatieve lieveling Raf Simons begon zijn opleiding met de iets meer meetkundige variant van ontwerpen: industrieel- en meubelontwerp. In zijn afstudeercollectie presenteerde hij kastjes gelinkt aan korsetten - zijn liefde voor mode begon al door te schemeren! Uiteindelijk maakte hij de overstap en ging hij aan de slag bij Walter Van Beirendonck. Die keuze verklaarde hij als volgt aan Harpers Bazaar: “Als industrieel designer ontwerp je iets en dan gaat het van jou weg, terwijl mode in een constante relatie leeft met het lichaam en de psychologie, dat maakt het ingewikkelder en uitdagender.” De strakke, tot in de kleinste puntjes uitgewerkte modellen van Simons blijven zijn basisachtergrond verraden en ook in zijn shows en de keuze van locaties is de architecturale invloed aanwezig. Het futuristische Palais de Bulles van de Hongaarse architect Antti Lovag, diende bijvoorbeeld als achtergrond voor de Dior 2016 Resort collectie en sloot perfect aan bij Simons' ontwerpen.
(stagiaire: Isabelle Leempoels)