Diane de Poitiers (1499-1566)
Diane de Poitiers was de minnares en grote liefde van Koning Henry II van Frankrijk. Haar schoonheid was zo betoverend dat ze van hekserij beschuldigd werd. Bovendien leek ouderdom niet aan haar besteed. Op haar 66 was ze nog steeds een aantrekkelijke vrouw die menig man deed smelten.
Om haar goede voorkomen te bewaren, hield Diane er enkele strenge schoonheidsrituelen op na. Die waren voor die periode redelijk ongewoon en hierover is dus bijna evenveel geschreven als over haar uiterlijk zelf. Elke ochtend stond Diane vroeg op om te sporten, ze was een uitstekende ruiter en ging ook dagelijks lopen. Daarna nam ze een ijskoud bad (breng die ice bucket challenge maar terug!) en haar gezicht waste ze enkel met regenwater. Om haar spieren te ontspannen en blessures te voorkomen, liet ze zichvervolgens langdurig masseren.
Ze geloofde sterk in matig eten: eenvoudige bouillonsoep was haar vast ontbijt. Alcohol raakte Diane met geen vinger aan, wat ze daarentegen wel innam was een goudelixir. In de 16e eeuw was men ervan overtuigd dat goud jeugd en schoonheid zou behouden. Waarschijnlijk leed ze door deze consumptie aan anemie, wat haar die toen erg populaire bleke, haast porseleinen teint gaf. Archeologen die haar stoffelijke overschotten onderzochten, ontdekten dat de hoeveelheid metaal in haar haren 500 maal het normale gehalte overschreed … Vermoedelijk is ze hier ook aan gestorven.