Paniek in het BijnaWitte Huis: Melania Trump heeft geen kleren! Van de pussy bow blouse tot knalroze kattenoortjes: zelden waren barricades zo modieus als de voorbije maanden.
Iedereen kent het gevoel van ‘s morgens voor haar kleerkast te staan en ondanks de grote hoeveelheid aanwezig textiel geen flauw benul te hebben van wat ze moet aantrekken. Voor één vrouw is dit dilemma al maanden een nachtmerrie, eentje die nog minstens vier jaar zal duren: Melania Trump, Amerika’s gloednieuwe First Lady én de vrouw die (bijna) niemand wil kleden –een nooit eerder geziene situatie. Waar knelt het Louboutin schoentje?
Op enkele uren van de presidentiële inhuldiging en het bijhorende bal houdt de wereld haar adem in. Naar schatting volgden ruim 38 miljoen kijkers acht jaar geleden de inhuldiging van president Obama: 76 miljoen ogen dus, die geen enkel detail zullen missen, ook niet in welk stuk stof de nieuwbakken presidentsvrouw haar knappe vormen zal wurmen. De Verenigde Staten waren de voorbije weken dan ook in de ban van de vraag welke designer Melania Trump zou kleden.
Eerst en vooral: wat betekent het eigenlijk om een first lady te kleden? Gaat ze zelf haar kleren shoppen, of krijgt ze die aangereikt door modehuizen –zoals dat voor sterren op de rode loper en andere high profile events geldt? In dat laatste geval selecteren huizen beroemdheden als uithangsbord en steken ze hen gratis in hun creaties. Denk maar aan Jennifer Lawrence voor Dior of Kristen Stewart voor Chanel. In Michelle Obama’s geval zorgde haar styliste Meredith Koop voor een goed gevulde dressing. Ze klopte daarvoor aan bij een erg diverse verzameling designers, maar liet hen nooit weten op welk event de presidentsvrouw hun plunje precies zou dragen. Als het om een private aangelegenheid ging, werd er netjes voor betaald. Zoniet, doneerde de ontwerper de creatie, die later in de National Archives zou worden ondergebracht. Een zakelijke samenwerking dus, al werden de huizen in kwestie zoveel mogelijk in het ongewisse gelaten. Tot nu toe tastte Trump zelf in haar onmetelijk diepe buidel om haar campagnelooks te shoppen, maar wie zal haar vanaf nu stukken doneren?
Het is de vraag die Women’s Wear Daily aan verschillende Amerikaanse labels stelde in de nasleep van de verkiezingen, eentje die bijzonder schoorvoetend werd beantwoord. Marc Jacobs was één van de eersten om resoluut neen te antwoorden, net als Tom Ford en Phillip Lim. Ze doen dat naar eigen zeggen uit ideologische overwegingen of –in Fords geval- omdat Trumps “made in the USA” beleid niet strookt met het feit dat zijn ontwerpen bijna uitsluitend in Italië worden vervaardigd. Een uitspraak die vrijwel meteen werd afgestraft met een snerende tweet uit welverwachte hoek en met de belofte dat “Tom Fords ontwerpen niet langer in Las Vegas zullen verkocht worden.” Het illustreert hoe licht ontvlambaar de kwestie voor de Amerikaanse designers is. Wat hun antwoord ook is, positief of negatief, ze riskeren de toorn van zowat de helft van hun koopkracht. Bovendien stemmen Trumps protectionistische plannen ook de mode-industrie, waarvan slechts een kleine drie procent daadwerkelijk binnen de Verenigde Staten wordt geproduceerd, bijzonder nerveus. Andere designers, die tijdens de campagnemaanden nochtans overtuigd #ImWithHer propageerden, reageren meer genuanceerd. Tommy Hilfiger, Derek Lam, Cynthia Rowley en Ralph Lauren respecteren het presidentiële ambt, wie het ook bekleedt, en willen niet discrimineren. “Iemand al dan niet toelaten je kleren te dragen op basis van zijn of haar ideologie, zet een discriminerende dynamiek in werking en voedt juist de uitsluitmentaliteit die ons zo doet huiveren,” klinkt het bij Rowley. Ook Diane von Furstenberg, niet toevallig de voorzitster van de Council of Fashion Designers of America (CFDA) blijft diplomatisch: “Melania Trump verdient het respect die aan elke first lady vòòr haar werd betuigd. Onze rol als modespelers is diversiteit en openheid te verspreiden. We moeten het goede voorbeeld geven.” Mooie woorden, maar iets zegt ons tòch dat heel wat designers hun hart hebben vastgehouden bij het idee dat de nieuwbakken presidentsvrouw plots voor hun deur zou staan.
Wie alvast de vuurdoop onderging, is Norisol Ferrari: Melania droeg vrijdagnamiddag een ensemble van haar hand naar een herdenkingsdienst voor gevallen Amerikaanse soldaten op het Arlington kerkhof in Washington, het startschot voor het inhuldigingsweekend. Vrijwel meteen kwam de ontwerpster onder vuur te liggen, maar ze verdedigt haar keuze door het hele debat hoger dan de Trumps te tillen: “Ik ben eerst en vooral tegen elke vorm van discriminatie. Ze is een vrouw en een moeder en mijn doel is vrouwen sterker te maken doorheen kleren. Bovendien was de context voor mij bijzonder emotioneel: mijn vader is een oorlogsveteraan en leeft al jaren met de handicap die hij op het slagveld opliep. De mannen en vrouwen die op Arlington begraven liggen, gaven hun leven voor onze natie en verdienen respect. Ik deed het vooral voor hen en dit slaat los van mijn eigen of andermans politieke voorkeuren.” Klare taal, benieuwd wie Norisol hierin zal volgen. Voor het avondfeest van vrijdag droeg Trump een jurk van de Libanese ontwerper Reem Acra, die tot nu toe geen commentaar wenste te geven.
Wie haar ook zal kleden, feit is dat de 47-jarige presidentsvrouw meer dan big shoes to fill heeft. Michelle Obama maakte in acht jaar tijd immers een krachtig politiek wapen van de first wardrobe. In tijden van social media kan iedereen op elk moment kleren bekijken, bespreken en imiteren, wat ze tot een gemakkelijk instrument voor politieke boodschappen maakt. Denk maar aan de hoodie, die symbool werd voor de Black Lives Matter beweging, en dat heeft Obama maar al te goed begrepen. In tegenstelling tot haar voorgangsters beperkte zij zich niet tot een handvol vaste designers, maar verzamelde ze zoveel mogelijk verschillende namen, prijscategorieën en nationaliteiten in haar kleurrijke dressing. Een kleerkast die symbool stond voor de gediversifieerde en open natie waarover zij en haar man droomden. Ze is ook de eerste presidentsvrouw die de modewereld, een miljardenindustrie, eindelijk serieus benaderde en het via tal van acties en evenementen voor eens en altijd uit de categorie “oppervlakkig uiterlijk vertoon” haalde. Het feit dat zij als presidentsvrouw, Harvard en Princeton alumnus, én advocate zoveel tijd en energie in haar looks pompte, maakte de weg vrij voor andere powervrouwen om hetzelfde te doen en zich daar niet langer voor te schamen. Obama’s keuze ging vooral naar designers van eigen bodem, maar op strategische momenten wist ze die ook aan het buitenland te linken. Had ze een staatsdiner in India, dan werd de Indisch-Amerikaanse designer Naeem Khan onder de arm genomen. Ceremonie in Londen? Landgenoten met hoofdzetel in de Britse hoofdstad kwamen aan bod. Haar subtiele modehints konden zeer ver gaan, zo droeg ze vanop afstand, tijdens het Italiaanse referendum in 2016, enkel stukken van Gucci. Een techniek die “sartorial diplomacy” werd genoemd. Let wel: Obama is lang niet de eerste topvrouw die de kracht van kleren beseft. Carla Bruni-Sarkozy, Samantha Cameron of Kate Middleton zijn maar een paar namen wiens kleerkast net zo diplomatisch is geordend, maar zelfs hun gebundelde dressings kunnen de impact van de Obama garderobe niet evenaren. Een impact die onder de noemer “How This First Lady Moves Markets” trouwens uitgebreid werd besproken en geanalyseerd in een studie van de Harvard Business Review.
Over naar Melania, die tot nu toe weinig boodschap aan haar kleren had -of eerder omgekeerd. In tegenstelling tot Obama stond zij reeds lang voor haar rol als first lady in de schijnwerpers, haar huwelijk haalde in 2005 zelfs de cover van de Amerikaanse Vogue. De wereld leerde haar kennen als het glamoureuze Sloveense model Melania Knauss, dat trouwde in een peperdure Dior meerminjurk met meer glitter dan een discobal en minder ademruimte dan een dwangbuis. Een stijl die ze tien jaar lang zou aanhouden, al lijkt ze sinds de presidentiële campagne haar zinnen op een neutralere look te hebben gezet. Haar perfecte figuur blijft strak ingesnoerd, maar de Paris Hilton tijden liggen duidelijk achter haar. Op een compleet geflopte speech na, beperkt Trump zich ook tot een beeld zonder klank optreden. Dit in tegenstelling tot Michelle Obama, die haar man met vurige toespraken bijstond gedurende zijn campagnes en ambtsbekleding. Reden te meer om zich extra symbolisch te kleden? Blijkbaar niet: tot nu toe wist ze enkel wat hoongelach te ontlokken met de pussy blow blouse die ze, als we Trumps campagneleiders mogen geloven volledig onbewust, naar één van de presidentiële debatten droeg, daags nadat haar echtgenoot onder vuur kwam te staan om zijn schokkende “grab ‘em by the pussy” uitspraak. Melania staat ook bekend om haar voorliefde voor Europees design en couture, wat dan weer in strijd is met de “made in the USA” politiek van haar presidentiële wederhelft. Anderzijds lijken haar landgenoten alvast niet enthousiast om een stilistisch steentje bij te dragen. Lang verhaal kort: deze vrouw staan nog gigantische kleerkastdilemma’s te wachten!
Kleine suggestie: misschien kan een gebreid mutsje soelaas bieden? In hun walging voor Trumps misogyne ideeën installeerden vrouwen zich de voorbije weken wereldwijd voor de haard -oh ironie- om… mutsen te breien! Knalroze hoofddeksels met kattenoortjes meer bepaald. De Pussyhat Project begon als een kleinschalige actie in de Verenigde Staten, een oproep om de Women’s March op zaterdag 21 januari in een zee van wollig statement roze te voeren, maar kreeg al snel veel bijval in binnen- en buitenland. Vrouwen van over de hele wereld haalden hun breinaalden boven en stuurden hun kat -of liever: muts- naar verschillende inzamelpunten voor de mars. Een creatieve manier om ook een beetje aanwezig te zijn.
Het weze duidelijk: ook op vestimentair vlak hebben de Trumps heel wat katten te geselen.