WMB, Wali Mohammed Barrech handtassen

Mijn naam is Mohammed

Waar liep je de modemicrobe op?
“Mijn grootvader was een van de eerste pelshandelaren in het grensgebied tussen Pakistan en Afghanistan, dat toen nog bij India hoorde. Hij maakte kleding voor de Britse koninklijke familie. In de jaren twintig reisde hij al de wereld rond. Hij leidde een fascinerend leven. Mijn vader volgde in zijn voetsporen, hij werd textielhandelaar. Op een van zijn reizen leerde hij mijn moeder kennen in een Kroatisch naaiatelier. Ze verhuisden samen naar Pakistan, waar ze een leerlooierij begonnen. Het lijkt misschien bizar, maar als kind vond ik leerlooien een afstotelijke bedoening. Nu kan ik het vakmanschap heel erg waarderen en ben ik ook van leder gaan houden.”

Je label draagt je eigen naam. Dat is best gedurfd, aangezien de westerse wereld toch een beetje zenuwachtig wordt van mannen die Mohammed heten.
“Het is mijn manier om de confrontatie aan te gaan. Ik besef dat de naam Mohammed veel mensen angstig maakt. Zelfs ik oordeel soms over mannen die Mohammed heten. Ik zou me echter een lafaard voelen als ik me om commerciële redenen achter een andere naam zou verschuilen. ‘Mohammed’ voegt veel informatie en waarde toe aan mijn ontwerpen. Als ik Jan Janssens was, zat ik meteen in een ander verhaal, maar ik ga me niet wegsteken uit angst om politiek te zijn. Het is een beetje therapie voor mezelf.”