“Ze is nogal dramatisch en misschien een tikkeltje te ver gegaan in de organisatie van haar huwelijk. Het zou echt een over the top prinsessengedoe worden met honderden genodigden, alles was tot in de puntjes geregeld. En toen, net voor haar grote dag, had ze iets van ‘neen foert, ik ben weg!’” Maak kennis met Toos Franken en haar muze, de runaway bride.

Ze werd op zes jaar tijd drie keer mama: twee keer van een zoontje en één keer van een eigen kledinglabel, dat ze holderdebolder moest opzetten omdat het gewoon niet anders kon. Sindsdien timmert ze hard aan haar succesverhaal, eerst vanuit het gezellige atelier waar ze naast haar vaste collectie ook op maat gemaakte creaties ontwerpt, straks met een eigen flagship store in Antwerpen. Toos Franken is on the move, letterlijk, maar verwacht je niet aan opgefokte zenuwpees. Ik ging op de thee bij de beheerste ontwerpster en kwam opvallend zen weer buiten…

Toos doet weinig volgens het boekje en dat is maar goed ook. Het plan was altijd ontwerpster te worden, maar toen ze in haar tweede jaar aan de Antwerpse Academie zwanger werd, moest ze haar studie noodgedwongen opgeven en ging ze aan de slag als naaister in de ateliers van Ann Demeulemeester en Haider Ackermann. Niet meteen wat ze had verwacht, maar wel een ontzettend boeiende periode: “Ik had geen andere keuze dan helemaal onderaan de ladder te beginnen, maar ben wel dankbaar voor die ervaring want ik heb er ongelooflijk veel geleerd. Het is grappig want mijn eerste idee was ‘oei, dat zijn hier allemaal mama’s’, maar wel extreem getalenteerde vrouwen –een kleine reality check na de glamoureuze ideeën die ik op de Academie had over een leven als designer, haha. Mijn tijd daar heeft me geïnspireerd om een opleiding patroontekenen te volgen, die ik trouwens ook vroegtijdig heb stopgezet: eens het handwerkgedeelte achter de rug was, moest ik leren computertekenen, maar dat is helemaal niets voor mij. De voorwaarde om te stoppen, was dat ik meteen zou beginnen werken, maar ik had ondertussen al een tweede zoontje dus ik wilde flexibele uren. De oplossing bleek mijn eigen label te starten, veel vroeger dan ik zelf had gewild, maar goed…”

Ah, tiens!

Ondertussen staan we vijf jaar later en met uitzondering van de boekhouding heeft Toos nog steeds geen computer nodig om haar elegante, sobere creaties te verwezenlijken. “Ik werk het liefste met mijn handen en ontwerp door te schetsen òf door rechtstreeks op patroon te werken. Soms zit ik vast met een verhaal en sla ik zonder teveel na te denken aan het tekenen, dat helpt om alles weer wat losser te maken.” In het atelier hangen kriskras wollen, zijden en katoenen stukken uit Toos’ huidige en voorgaande collecties –een keer per jaar brengt ze een nieuwe uit, maar bestsellers zoals een lange, wollen mantel komen regelmatig terug. We zien veel bombers, hemden, mantels en lange jurken hangen. Lichtblauw, wit, veel zwart: het kleurenpallet is sober en de silhouetten lekker rustig. De maanden achter een naaimachine bij Demeulemeester en Ackermann hebben duidelijk hun stempel gedrukt. Sober, maar nooit saai: een onverwachte lijn, enkele vrolijke franjes en andere verrassende details geven haar creaties een interessante twist: “Ik wil dat mensen een vrouw met mijn kleren zien langskomen op straat en iets hebben van… ‘ah, tiens’! Tegelijk wil ik draagbare stukken. Ik hoor van mijn klanten dat mijn ontwerpen iets minder conceptueel zijn dan vroeger en dat zie ik eigenlijk als een compliment. Het is belangrijk mijn verhaal kwijt te kunnen, maar ik moet mijn stukken ook verkocht krijgen –anders is het zonde van alle energie en materiaal die in het maken ervan zijn gekropen. Niemand houdt van verspilling.”

Runaway Bride

Ah tiens” is ook wat ik denk wanneer Toos het verhaal achter haar huidige collectie belicht, haar fantasie blijkt weinig grenzen te hebben. “Ik wil altijd een verhaal vertellen en dit jaar heb ik veel nagedacht over de bizarre dynamiek die in groep kan ontstaan. Mensen volgen blindelings wie het hardste schreeuwt en dat is zo bizar, kijk maar naar Trump en de Brexit. Ik verdiepte me in dat idee en kwam uit bij Koreaanse massabruiloften waar mensen heel hysterisch, met 1500 tegelijk al joelend in het huwelijk stappen –precies een sekte. Er bestaat ook een kunstwerk met een roedel wolven die elkaar blindelings volgen en allemaal te pletter storten op een wand uit plexiglas, maar tòch blijven ze gaan. Ik zag het ooit in het Guggenheim en het heeft indruk op me nagelaten. Ik wilde dat allemaal verzamelen in één verhaal en ben voor een runaway bride gegaan, een nogal manische bridezilla die er op het laatste nippertje toch nog de brui aan geeft.” Het grappige is dat Toos daarnaast ook regelmatig echte trouwjurken ontwerpt, zo ook een prachtige creatie die in het midden van haar atelier pronkt, klaar om straks opgehaald te worden door een aanstaand bruidje. Hopelijk krijgt die geen verkeerde ideeën door de rest van de collectie…

Al dan niet aanstaande bruidjes vormen trouwens niet de enige klanten, is er een typische Toos Franken vrouw? “Eigenlijk niet. Het label wordt enkel hier in het atelier verkocht -ik heb geen andere verkooppunten, ook online niet- en op vrijdag is het open deur en mag iedereen hier vrij binnen en buiten lopen. Door zo te werken ken ik mijn publiek heel goed en besef ik dat er geen vast type in zit. Ik kleed zowel jonge meisjes als bejaarde vrouwen en vind het juist leuk dat mijn ontwerpen zo divers gestyled kunnen worden. Eind augustus open ik een winkel in Antwerpen en juist daarom vind ik het zo spannend: ik zal maar twee dagen per week in de winkel staan en ben nogal nerveus over de manier waarop een andere verkoopster mijn ontwerpen aan de man zal brengen. Ik ben een controlefreak…”

Meer weten? Surf naar Toos Franken en houd ELLE.be in de gaten voor meer info over de aanstaande winkelopening. Wordt vervolgd!