In de sportwinkel shop ik een trampoline (hoeft je echt geen stukken van mensen te kosten), wat handgewichtjes en de volgende ochtend installeer ik me vol goede moed voor mijn computer, die ik op een stoel in de gang zet. Iedere week komen een nieuwe ‘It’s Bounce’ en ‘It’s Sculpt’, een iets rustigere workout die invloeden van ballet, yoga en pilates combineert, online. Wie streamt heeft dus een intussen een uitgebreide bibliotheek om filmpjes uit te kiezen. Hoewel ik maar achter een computer sta, heb ik toch meteen het gevoel dat ik echt deel uitmaak van de bende heen en weer springende grieten. Kleban laat je aandacht nooit verslappen en begeleid je iedere minuut van de les. Ze toont precies in welke spieren je bepaalde oefeningen moet voelen branden waardoor je zeker weet dat je ze – zelfs aan de andere kant van de wereld – perfect uitvoert. En doe je dan wel je best als er geen groepsdruk is en je daar toch maar wat in je eentje staat, ligt of springt? Ik vroeg het me vooraf ook af. Toch blijk ik over voldoende discipline te bezitten om er voor de volle 100 procent voor te gaan. Soms is een beenoefening zodanig pittig dat ik wel even moet pauzeren, maar ik heb ik in die maanden dat ik nu bounce, iedere les tot een goed einde gebracht. Bovendien duurt iedere les ‘maar’ zo’n 50 minuten. Dat is een pak intimiderend dan 1 uur. Vijftig minuten, dat is even lang als een lesuur in het middelbaar en we weten allemaal – looking back – dat dat peanuts is.