Na jarenlang protest van dierenliefhebbers lijkt er stilaan een einde te komen aan het gebruik van bont door de luxemerken. Waarom heeft dat zolang geduurd?
Goed nieuws: er wordt alsmaar minder bont gebruikt door de luxe-industrie. Sinds begin dit jaar kondigden onder meer Gucci, Versace, Brooks Brothers, Michael Kors en Donna Karan aan dat ze voortaan geen pelsen meer gebruiken. Net als 875 andere merken, ontwerpers en winkelketens op de website van Fur Free Retailer, een organisatie die oplijst wie in de mode neen zegt tegen bont.
Voor Gucci is de overstap abrupt. De met bont gevoerde slippers die het Florentijnse label in 2015 lanceerde, zijn over hun hoogtepunt heen, maar nog steeds populair. Vorige winter hingen er hier en daar nog nertsmantels in de vitrines van het merk. “Stoppen met bont is in zekere zin zoals stoppen met roken,” stelt creatief directeur Alessandro Michele in modevakblad Women’s Wear Daily. “Je houdt van iets waarvan je weet dat het niet goed voor je is. Er komt een moment dat je dat pak sigaretten gewoon moet weggooien. En daarna voel je je een stuk beter.” “Ik wil niet langer dieren doden om mode te maken,” verkondigde Donatella Versace in 1843 – dat is het lifestylemagazine van nieuwsweekblad The Economist; in het jaar 1843 maakte Donatella nog geen mode, ze zat toen op de lagere school.
De evolutie is al even bezig. Ralph Lauren gebruikt geen bont meer sinds 2006, Armani sinds 2016. Net-A-Porter en Yoox verkopen geen bont, en nogal wat modetijdschriften – waaronder ELLE – weigeren het voor modeproducties te fotograferen. Sinds 2013 is het verkopen van bont verboden in West Hollywood. San Francisco volgt op 1 januari 2019. Nog even en op elke bontmantel prijkt verplicht het label FUR KILLS.
Cruella De Vil vs. Millennial
Wat is er veranderd? Heel simpel: de tijdgeest. De mode tracht tegenwoordig ‘goed’ te doen, omdat de belangrijkste doelgroep – daar zijn de Millennials weer – dat verwacht. Zij vinden dierenwelzijn belangrijk. Vorige generaties vonden dat eigenlijk ook, maar waren minder succesvol in het doordrukken van hun mening. Ze waren minder talrijk. Voor de luxesector waren ze economisch verwaarloosbaar. En dus werd er niet naar hen geluisterd. PETA kan er van meespreken, de organisatie strijdt al minstens twintig jaar tegen bont. Maar de acties van de groep werden in het verleden straal genegeerd door de textielindustrie. De doorsneeklant van de luxemerken was toen eerder een soort Cruella De Vil-type met een handtas van dalmatiërvacht, en geen twintiger met een geweten. En die traditionele klant lag niet wakker van zeehondjes of krokodillen.
Het vakblad WWD ondervroeg zowat alle ontwerpers die ertoe doen naar hun standpunt inzake bont. “Het werd tijd”, zegt pionier Stella McCartney. “De mode-industrie is eindelijk wakker geschoten en beseft nu dat bont wreed is, barbaars en gewoonweg verschrikkelijk ouderwets en totaal uit de mode.” Marc Jacobs, die in zijn wintercollectie alleen nepbont gebruikt, en Tom Ford, die geen bont, maar wel nog schapenvacht gebruikt, suggereren dat de plotse ommekeer van veel merken toch wat opportunistisch is. “Stella McCartney is altijd anti-bont en anti-leder geweest”, zegt Jacobs. “Voor haar is dat een levenskeuze. Maar zij is zowat de enige.” De ontwerper uit New York wil liever niet hypocriet overkomen. Hij gebruikt sinds kort geen bont meer, maar wil daar niet zonodig mee uitpakken.
Volgens Miuccia Prada, die wel nog bont gebruikt in haar ontwerpen, maar het niet meer op de catwalk toont, verdient het vraagstuk meer discussie: “Zodra je over bont begint, moet je het ook hebben over duurzaamheid en milieuvervuiling en misschien over nog veel meer. Het onderwerp is ernstig en moet worden aangepakt, maar we mogen niet vergeten dat het een klein onderdeel is van iets veel groters dat evenveel aandacht verdient.” Dat is waar: de kledingindustrie is schadelijk voor het milieu en schendt massaal de mensenrechten. Een eenvoudige oplossing ligt niet onmiddellijk voor de hand. Allemaal naakt in de zomer, en één kledingstuk per persoon voor de wintermaanden? Hmm.
De alternatieven
Hoe sterk je bont demoniseert, hangt af van je perspectief. De vertegenwoordigers van de bontindustrie hebben vanzelfsprekend een andere mening dan de actievoerders van PETA. Bont is natuurvriendelijk, beweert de bontsector: het ontbindt al na een paar jaar op de vuilnisbelt. Nepbont daarentegen is bijna onverwoestbaar, want synthetisch. Ook de transformatie van dierenkarkassen tot bontmantels is schadelijk voor het milieu – er komen nogal wat chemische producten aan te pas. Daarnaast is het ook gewoon vies. Ik bezocht meer dan tien jaar geleden een fabriek in Bretagne waar men eenden verwerkte tot donspluimpjes – niet helemaal hetzelfde, maar enigszins vergelijkbaar. Dat gigantisch stinkend bad vol bloederige smurrie zal me altijd bijblijven. Om maar te zeggen dat het milieu in dit verband niet álles is: we vinden het gewoon niet fijn dat er dieren met een hoge knuffelfactor moeten sterven voor onze kleren.
Op enkele uitzonderingen na – Stella McCartney en het Belgische schoenenmerk Rombaut, bijvoorbeeld – blijft de luxesector intussen zweren bij leer en schapenvel (en konijntjes). Van de koeien en schapen die voor uw handtas of perfecto geslachtofferd zijn, wordt ook het vlees gebruikt om op te eten, zo luidt het argument. Koeien en schapen worden niet uitsluitend gedood voor hun vacht, in tegenstelling tot pakweg nertsen. Leer is een nevenproduct, dat is de leuze. Restafval, zo u wil. “Schapenvacht is een food by-product,” zegt Tom Ford, “maar dat klinkt niet erg sexy.” Wie al eens een biefstuk eet, heeft met andere woorden geen recht van spreken.
Intussen experimenteert de modesector met alternatieven. In februari opende Clare Waight Keller haar show voor Givenchy met een reeks bontmantels op yetiformaat. Vanop mijn zitje op de tweede rij leken ze griezelig echt. Maar dat was, zo bleek later, louter gezichtsbedrog: de fourrures van Givenchy waren wel degelijk fake. Casey Cadwallader, de nieuwe artistiek directeur van Mugler, was ooit in bont en leer gespecialiseerd, maar kijkt nu naar de mogelijkheden van laboratoriumleer, gemaakt met collageen. Een ander alternatief is gerecycleerd bont, tweedehands of geërfd. Dan worden er geen nieuwe dieren geslacht, en help je het milieu. Beter een vos om je lijf dan in de verbrandingsoven. Maar misschien is het met bont – echt bont én vals bont -zoals met Zwarte Piet: gewoon niet meer van deze tijd. Wilma Flintstone in een minirokje van berenvel? Makes sense. Maar de oertijd is al even voorbij.