EEN DEENSE DATE IN BRUSSEL

Lange tijd vergeet ik mijn Deense crush en blijft het contact met Morten beperkt tot een occasionele like of nieuwjaarswens. Tot hij op een dag stuurt dat hij binnenkort in België is voor een rugbytornooi. Of we in Brussel kunnen ‘meeten’? “Sure”, antwoord ik, al maakt zijn Scandinavische beknoptheid het moeilijk om in te schatten in welke mate we een echte ‘date’ hebben. Enkele dagen voor ons etentje ben ik dan ook nogal zenuwachtig, want wat zijn de verwachtingen? De ene vriendin is ervan overtuigd dat er geen bijbedoelingen zijn, de andere zweert bij het tegendeel. Gelukkig is er nog een derde vriendin, Joke, die oppert: “Wat als het nu eens niet van hem, maar van jou afhangt? Wat als de avond nu eens precies wordt wat jíj ervan wil maken?” Dat klinkt zo evident dat ik niet begrijp waarom ik de situatie nog nooit zo heb bekeken. Ik besluit dat de date een date wordt als ik dat wil, en op dat moment verdwijnen mijn zenuwen.

Ik kom als eerste aan in het restaurant waar we hebben afgesproken. Hoewel Les Filles gewoonlijk vol zit met hippe Brusselaars, is het er die donderdagavond in mei opvallend rustig. Niet veel later wandelt Morten binnen, met dezelfde tattoos als twee jaar geleden en nog steeds die zachtheid in zijn ogen die de stoere lichaamsinkt compenseert. Hij lijkt zenuwachtig, ik ben dat niet – het verloop van de avond hangt van mij af, nietwaar? Mijn rust moet op hem afstralen, want al gauw ontspant de blonde god zich – al kan dat ook aan de biowijn liggen. Terwijl er een voelbare vonk overslaat, voert het gesprek ons langs mijn schrijfwerk en zijn job als zorgleerkracht voor autistische kinderen, langs mijn liefde voor de kunsten en de zijne voor rugby, langs onze gezamenlijke passie voor reizen. Uiteindelijk komt de ober ons melden dat we – ruim anderhalf uur na sluitingstijd – nu echt moeten afronden.

Terwijl we nog wat ronddwalen in de buurt van Sint-Katelijne, lijkt mijn date weer last te krijgen van de zenuwen die hem aan het begin van de avond parten speelden. Ik besluit hem daarom openlijk te vragen wat hij voor de rest van de nacht in gedachten had. No-nonsense, zoals ik me had voorgenomen. En ook wel uit praktische overwegingen: inmiddels rijden er geen treinen meer en wil ik weten of ik ergens een lift moet fiksen of niet. Hoewel Morten het fijn zou vinden als ik blijf, kaatst hij de vraag terug: “Wat wil jij zelf?”