Geen twijfel mogelijk: de modewereld is de meest invloedrijke. Naast het ontwerpen van kledij, investeren de grote modehuizen ook in hun toekomst. Hoe ze dit doen, kom je in dit artikel te weten.
Chanel, Prada, Dior, Ferragamo, Chloé, Gucci of Hermès kennen we allemaal. Maar wist je dat deze merken zich ook bezighouden met het adviseren van hogescholen? Zo willen ze investeren in hun toekomstige werknemers. Het is dan ook heel belangrijk dat ze weten wat voor vlees ze in de kuip hebben. Een verkeerd stiksel kan namelijk fataal zijn. Goede mode-opleidingen zijn dus cruciaal.
Polimoda
"Ik vind het enorm positief dat de modehuizen het belang van onderwijs inzien", zegt Danilo Venturi. Hij is directeur van de modeschool Polimoda in Florence, Italië. Polimoda heeft 2300 studenten afkomstig uit 70 landen, allemaal tussen de 18 en 28 jaar oud.
Op deze modeschool brengen de luxe huizen hun kennis over aan de leerlingen. Hierbij wordt rekening gehouden met de nieuwe uitdagingen van de industrie. "Gucci is bijvoorbeeld volledig toegewijd aan de technologische revolutie en de uitdagingen van duurzame ontwikkeling. De combinatie van duurzaamheid en kwaliteit zal nooit zijn slag slaan als er geen basis is. Daarom is het belangrijk dat het op school aangeleerd wordt. Zo heeft het meer kans op slagen."
Het mode-onderwijs
Fabrica werd gesticht in 1994 door Luciano Benetton en Olivero Toscani. De modeschool was toen al voorbestemdom grenzen te verleggen. Naast de prachtige architectuur staat het ook bekend om zijn renaissancistische manier van lesgeven. Aan Fabrica kan je naast mode ook fotografie, grafische vormgeving, algemeen design, schrijven, muziek, digitale en podiumkunst volgen. De school organiseert ook ateliers en interdisciplinaire ontmoetingen tussen artiesten en kunstliefhebbers. Dit alles om de leerlingen hun geest te openen naar een nieuwe, onbekende wereld.
De Prada Academy focust zich meer op de business kant van de mode. Toch staan ze even open tegenover de technologische en culturele aandelen van de groeiende industrie. De academie is een plaats waar kennis, vaardigheden, technieken, innovatieve praktijken en ideeën worden ontwikkeld en gedeeld. Zo kunnen ze een talentvolle toekomst creëren voor de Prada Groep.
Het belang van de modehuizen
Polimoda organiseert haar opleiding in samenwerking met de modehuizen. Dit houdt de onderwijsprogramma's up-to-date en in lijn met de behoeften van de industrie. Danilo Venturi legt uit: "Op het einde van de opleiding mogen de modebedrijven als eerste kiezen uit een selectie van de beste leerlingen. Wij werken hiervoor samen met 2000 bedrijven. Daarom hebben wij een wervingspercentage van 91%."
Onder de leiders in Europa gooit La Cambre het over een andere boeg. De Brusselse academie kiest voor een samenwerking met creatieve studio's. Hier lopen alle leerlingen een stage in elke fase van hun opleiding. Het is niet ongebruikelijk dat een leerling nog voor het afstuderen gerekruteerd wordt. Balenciaga, Louis Vuitton, Jean-Paul Gaultier en vele andere huizen zijn vaste klant bij de Belgische modeacademies. Zo kreeg Rushemy Botter, net afgestudeerd aan de Antwerpse Academie, de artistieke leiding over Nina Ricci. Dit doet hij samen met zijn partner en medewerker Lisi Herrebrugh.
Een systeem van communicerende vaten
In januari opende in Parijs het nieuwe Franse mode-instituut. Dit instituut is een fusie van het oude en het Chambre Syndicale de la Couture. Die laatste is verantwoordelijk voor talenten zoals Yves Saint Laurent, Karl Lagerfeld en Anne-Valérie Hash. Wat de school nog unieker maakt, is hun all-in opleidingspakket. Je kan er een doctoraat halen in design, management en knowhow.
De beste modeschool ter wereld worden, is niet hun enige ambitie. Ze willen met hun unieke all-in opleiding Parijs opnieuw op de kaart van het mode-onderwijs zetten. Zo gaan ze de concurrentie aan met kunstscholen als de Antwerpse Academie, Parsons, Saint Martins en La Cambre.
Pascal Morrand, voorzitter van de Federatie voor Haute Couture en Mode, beschrijft het hoofdprincipe: "Het nieuwe Franse mode-instituut biedt een weg naar de modewereld. Alle specialisaties zijn er vertegenwoordigd. Franse modefiguren, zoals de CEO van LVMH Fashion Group Sydney Toledano, komen er lesgeven."
Vaardigheid is een must
Pascal Morand ziet deze Franse beweging als een evolutie naar grotere creativiteit. "Vroeger sprak men van stijlscholen, maar die bestaan niet meer. Tegenwoordig hebben we het over kunstscholen, zoals Saint Martins of La Cambre. Als de modehuizen die scholen steunen, investeren ze in hun toekomst. Zeker in Parijs. Daar wordt er een enorm belang gehecht aan vaardigheid. En die vaardigheid is op haar beurt van onschatbare waarde in de mode-industrie." Danilo Venturi van Polimoda is van dezelfde mening: "Op de muziekschool krijg je toch ook geen les van een onbekwame leerkracht? Waarom zou dat in de mode dan wel het geval zijn?"
Aan de Prada Academy's hechten ze ook veel waarde aan die kennisoverdracht. Dit gaat gepaard met een focus op de bescherming en het behoud van de rijkdom aan kennis en expertise.
Bij Polimoda wordt er niet enkel samengewerkt met Gucci. Zo is er een samenwerking met LVMH voor de cursus lederbewerking. Groupe Richemont geeft advies aan de masters in Luxemanagement. Valentino staat in voor het handtassen atelier en Ferragama voor het schoenen atelier.
Een veelvormige opleiding
Danilo Venturi legt uit: "Voor onze master in Fashion Art Direction werken we samen met Vogue Italia, met Saatchi voor de master in Modecommunicatie en met WSGN voor de opleiding in business en trends. Onze bachelor Modevormgeving werd dan samen met de Council of Fashion Designers of America georganiseerd. Zo krijgen onze leerlingen een waardige opleiding, een waar zij aangezet worden tot nieuwe ideeën en een passie voor de métier meekrijgen. Iets wat van onschatbare waarde is voor onze partners."
Ervaring planten om later het talent te oogsten, is niet uniek in de wereld. Apple en Microsoft zitten ook op deze trein. Zij investeren, net zoals de modehuizen, met hun eigen opleidingsprogramma's in de toekomst.
(vertaling door stagiaire Morrigan Penninck)
