Wat denkt Generation Z over de mode?

Deze opvolgers van de millennials surften al in hun wipstoeltje op het internet en sabbelden aan gsm’s nog voor ze zonder zijwieltjes konden fietsen. Ze zijn onafhankelijk, extreem tech-vaardig, ondernemend en een pietsie risico-avers na de financiële crisis van 2008. Generation Z, geboren tussen eind jaren ‘90 en pakweg 2005, heeft de wereld aan zijn vingertoppen.

Hoe vertaalt dat alles zich naar de looks die Generation Z massaal instagramt? Om dat uit te pluizen, brengen we negen fashionable teens samen voor een gesprek over mode, merken en Milaan. Nog voor we ons in enkele vintage zeteltjes kunnen nestelen met een mocktail en wat hapjes, zijn ze elkaars Instagramaccount en outfit al aan het checken en liken.

Even voorstellen

Tasili (17) Studie: Mode. Stijl: hiphop met een creatieve twist

Femke (16) Studie: Economie-Moderne Talen. Stijl: mix en match, met veel prints

Arthur (18) Studie: Modespecialisatie en trendstudie. Stijl: afhankelijk van z’n humeur

Brendan Jake (16) Studie: Humane Wetenschappen. Stijl: old-style en uniek

Levi (18) Studie: Bachelor Lichamelijke Opvoeding. Stijl: skate en streetwear

Fatou (18) Studie: twijfelt tussen Journalistiek en Woordkunst. Stijl: klassiek met een ’70s–’90s twist

Kara (19) Studie: Verpleegkunde. Stijl: donker, sexy met veel structuur

Elien (18) Studie: Fotografie. Stijl: ’80s-’90s vibe

Kaat (17) Studie: Humane wetenschappen. Stijl: casual met een opvallender accent

Van links naar rechts: Elien, Tasili, Fatou, Arthur, Femke en Brendan

Waar shopt Generation Z? Online? Of trekken jullie nog naar ‘t stad?

Kaat: “Ik shop vooral in tweedehandswinkels. Maar als het druk is, komen er wel wat pakketjes van Zalando aan de deur. Veel minder lief voor het milieu dan vintage shoppen, maar goed.”

Levi: “Online skatewinkels hebben een goede klant aan mij: Obey, Huf, Thrasher en Skateboardshop.nl.”

Arthur: “Ik schuim stockverkopen van bekende, vaak Belgische ontwerpers af. Dries Van Noten, Walter Van Beirendonck, Raf Simons … Dat scheelt enorm in prijs, maar je moet wel goed op de hoogte blijven.”

De hele groep spitst de oren wanneer we polsen hoe hij te weten  komt waar en wanneer de volgende stockverkoop doorgaat. “Meestal weet ik het via mond-tot-mondreclame. Wat mensen kennen binnen de scene helpt ook, net als de juiste mensen volgen op social media.”

Denken jullie out of the box in jullie zoektocht naar originele stukken?

Kara: “Dat klopt. Ik haal basic items bij H&M en customize ze met de schaar en met juwelen. Ik ben vrij groot, dus standaard confectiematen passen nooit.”

Tasili fröbelt graag en ontwerpt zelfs tijdens de les: “Deze ketting van paperclips maakte ik op school. Mijn andere halssnoer is gemaakt van een stuk ketting dat ik in huis gevonden heb. En deze bloes was mijn prom dress. Ik zette er de schaar in.”

Brendan haalt de hemden en vesten voor zijn oldskool look uit opa’s kast. Ook Arthur shopt thuis, maar dan in de kast van zijn moeder: “Ik pluk regelmatig stukken uit haar kast en vermaak ze.”

Let’s talk budget. Hoeveel spenderen jullie aan kledij en vooral: wie sponsort?

Brendan: “Ik krijg 50 euro per maand, waarmee ik alles moet betalen.” Ook Elien krijgt dat bedrag: “Maar ik shop tweedehands, dus niet mijn hele budget gaat op aan kledij.”

Levi lacht stout: “Mijn oma geeft me elke maand 100 euro. Verder werk ik elke zaterdag bij Decathlon, wat me nog eens 328 euro per maand oplevert om te shoppen.” Met Femke wil iedereen in de groep meteen ruilen: “Ik heb geen budget, ik krijg wat ik nodig heb. Ik babysit wel en koop daar extra’s mee.”

Kara krijgt geen geld van haar ouders en spaart het geld van haar studentenjob voor grotere stukken: “Ik heb nu een Chanel-handtas op het oog. Ik investeerde ook al in een Louis Vuitton en een paar Louboutins.”

Fatou: “Ik geef niet veel geld uit aan kledij. Af en toe spring ik binnen in een tweedehandswinkel en spendeer ik er mijn babysitbudget. Dan combineer ik een nieuw stuk met iets dat ik uit mijn kast vis.”

Influencers, hoe zit het daarmee?

De groep rolt collectief met de ogen. Arthur: “Ik haat influencers. Fuck influencers. Ze verkopen zichzelf via discountcodes om aan volgers te geraken.” Iedereen begint door elkaar te praten.

Elien: “Alle influencers lijken op elkaar, ze hebben dezelfde stijl.”

Tasili: “Influencer zijn is voor mij geen vaste job. Je bent geen hele dag bezig met twee outfits op Instagram te gooien.”

Het verdict is hard: influencers zijn niet authentiek en verkopen hun ziel voor wat affiliate links. Er volgt nog een rondje trashen over welke fake influencers ze echt haten.

Welke profielen volgen jullie dan wel?

Kara: “Ik kijk veel naar make-up how-to’s op YouTube. Nikkie Tutorials springt er voor mij uit.”

Fatou: “Ik spot vaak outfits op social media die me bij een volgende shopuitstap onbewust inspireren.”

Tasili volgt Kimberly Anthony en Claire, Elien tipt Martijn Vilijn, Heloïse Coco en Feng Fan, terwijl Levi bekent: “De outfits van Jacin Trill zijn er compleet over, maar ik zou ze stiekem zelf willen dragen.”

Kaat: “Angèle, de zangeres, heeft een kleurrijke, sportieve stijl. Ik vind zelf ook veel verschillende looks leuk: ik ben nog op zoek naar mijn eigen stijl.”

Experimenteren jullie met stijlen? Of hebben jullie je signature al gevonden?

Femke: “Ik mix en match graag. Ik pin me niet vast op één bepaalde stijl.” Fatou matcht net niet: “Provoceren is mijn ding, ik speel graag met gendercontrasten: een maatpak met stiletto’s eronder, bijvoorbeeld.”

Tasili: “Vroeger had ik een typisch Marokkaanse stijl met steil haar, skinny jeans, een coltrui en een leren jasje. Op een dag had ik het daarmee gehad en ben ik beginnen experimenteren.”

Brendan is de lone ranger op de speelplaats: “Vroeger droeg ik wat mijn moeder in de kleerkast legde, maar de laatste jaren kies ik bewust wat ik aantrek. Zo ben ik bijvoorbeeld de enige jongen op school die in een salopette rondloopt. Voor mij is het normaal om abnormaal te zijn.”

Generation Z wil vooral aangenaam winkelen, klopt dat?

Brendan: “Bij Hollister vind ik de belichting en sfeer goed.”

Kaat: “Bellerose is ook top, maar duur.”

“Antwerp heeft mooie schoenen in een geweldige setting”, tipt Kara. “En Arket, ook the shit”, weet Arthur. Femke houdt van de boetieks van Brooklyn. Consensus: duurdere merken shoppen is een pak aangenamer dan grote ketens.

Even polsen bij de klimaatmarsgeneratie: fast fashion en goedkope ketens, hoe zit het daarmee?

Brendan: “We all hate them.” Fatou knikt: “Inderdaad, echt vreselijk.” De overvolle winkels, het allegaartje van stijlen en de felle belichting blijken totale afknappers.

Tasili: “Onze generatie koopt bewust. We staan kritisch tegenover de ethiek van zulke concerns. Dan liever tweedehandswinkels met geweldige stukken.”

Is het een trend, dat tweedehands winkelen?

Kaat: “Waar je shopt en wat je draagt hangt sterk af van de school waar je zit. Ik zit op een stadsschool met veel ruimte voor creativiteit en verschillende stijlen. Ik shopte mijn eerste tweedehands stuk in het vijfde leerjaar en vond het tof dat ik iets unieks droeg. Nu is tweedehands shoppen net minder uniek omdat al mijn vrienden het doen.” Femke zit op een aso-school in een kleinere gemeente: “Ik zie veel merken over de speelplaats lopen: de stijl is nogal mainstream. De meeste van mijn vriendinnen shoppen high street fashion.”

Fatou: “Ik zit op een vrij nuchtere school waar de stijl erg basic is. Jeans, trui, sneakers. Ik spring eruit: ‘Zisdaarweer’. Ik krijg wel complimenten, ik word niet gejudged of zo.”

Copycats zijn een no-go …

Arthur: “Weet je nog, die collectie van Balenciaga met die pufferjassen met oversized kraag van enkele winters geleden? Die lag vijf maanden later in etalages op de Meir in Antwerpen.”

Fatou: “Zit daar dan geen copyright op?”

Arthur: “Volg Diet Prada, die traceren alle copycats bij mainstream brands. Echt nice.”

Levi: “Thrasher heeft dat ook. Heel veel ketens hebben hun eigen logo op T-shirts gedrukt in dezelfde stijl.”

Waar hebben jullie spijt van op modegebied?

Brendan wordt rood: “Ik had vroeger een nektapijt, redelijk lang, dat ook nog in een punt eindigde.” Ook Elien kijkt beschaamd: “Ik rolde mijn jeans veel te hoog op, echt erg.”

Kaat: “Jaaaah, Femke en ik droegen in de lagere school Vans, een skinny jeans, een nerd bril en een pet.”

“Oh wacht, was dat ook niet de periode van de snorren?” roept Tasili.

Arthur: “Ik ben echt slecht in broeken kopen. Ik moet leren om geen vrouwenbroeken meer te dragen. Meisjes uit mijn klas moesten me er onlangs op wijzen: ‘Kerel, we zien echt alles zitten.’ Vrouwenbroeken doen blijkbaar ook iets raars met mijn kont.”

Fatou kucht: “Leggings … Dat was mijn … euh … verkeerde keuze.”

Welke trends voorspellen jullie?

Fatou: “Kostuums gaan het maken, met mij als voortrekker. De vorige decennia komen terug.”

Levi: “Als ik een vintage stuk draag, krijg ik rare blikken. Maar een maand later zie ik plots iedereen met zo’n trui of broek.”

Kaat: “De laatste tijd is er meer ruimte voor creativiteit en vrijheid. Je krijgt de kans om jezelf te zijn.” Elien knikt: “Ja, via social media zie je zo veel stijlen passeren waar je uit kan kiezen.”

Fatou: “Zelfs modellen mogen weer naturel. Ik zie veel meer afro’s op de catwalk.” Tasili pikt snel in: “Dat klopt voor New York, daar is meer diversiteit, maar in Milaan bijvoorbeeld blijven de modellen vrij klassiek.”

Krijgen jullie commentaar op jullie uitgesproken kledingstijl?

Femke: “Ik ga momenteel door een fluofase. Vrienden lachten dat het een schreeuw om aandacht was, tot ze drie weken later ook in fluo door de schoolpoort kwamen.“

Arthur: “Tasili en ik mogen helpen kleden bij de show van Dries Van Noten in Parijs. Als we daar rondlopen, worden we constant aangeklampt en krijgen we complimentjes over onze stijl. Maar als we in Brussel van de trein stappen, bekijkt men ons weer als een zootje halvegaren. “

Uren zouden ze nog merken, tips, anekdotes en shopadressen kunnen uitwisselen. Maar de bodem van de mocktail is in zicht en de lens van de fotograaf lonkt. Hou ze in het oog, deze piepjonge fashionable generatie met een uitgesproken mening. Komt helemaal goed met dat modebeeld de komende jaren.

Met dank aan CC Binder (Puurs) en Brasserie DEKOL.