Grafisch vormgever Jeroen Lathouwers (45) aka Turtle is een wandelende design encyclopedie. Hij houdt van 'mid-century modern' dat de tand des tijds heeft doorstaan. Vooral de meubelstukken van Eames hebben een bijzondere plek in zijn hart en interieur.
De wereld waarin Jeroen Lathouwers thuiskomt, is er een met hashtag #interiorgoals. Ligne Roset, Jean Prouvé, Harry Bertoia, Dieter Rams, Cees Braakman en natuurlijk ook Charles en Ray Eames bepalen hier de huisstijl. Jeroens verzamelwoede – hij verkiest zelf de term 'verzamelvirus' – begon zo’n twintig jaar geleden, tijdens een trip naar New York. “Ik kende Eames wel van de Plastic Chairs, de bekende kuipstoelen. Maar in Amerika kwam ik voor het eerst in contact met vintage. Bij thuiskomst ben ik meteen op zoek gegaan naar de originals.” Jeroens eerste aankoop was een lichtblauwe Armchair, maar die is niet langer in zijn bezit. De originele Lounge Chair uit 1956 staat wel nog te pronken in de woonkamer van het waanzinnige huis dat hij tien jaar geleden in beton liet bouwen. Dat huis bleek het perfecte decor voor zijn verzameling, die intussen makkelijk honderd stuks telt.
Wat Jeroen zo aantrekt in het werk van Charles Eames en zijn echtgenote Ray-Bernice? “Het koppel was een stel visionairs. Ze hebben jarenlang geëxperimenteerd met plywood of gevormd multiplex dat de contouren van het menselijk lichaam kan aannemen. Het was hun visie en droom om duurzame meubels te maken die toegankelijk zijn voor het grote publiek. Wist je dat er vroeger in bijna alle Amerikaanse scholen en kerken stoelen van Eames stonden?”
Autistisch, ik?
Dat Jeroen de meeste stukken op de kop tikt in de Verenigde Staten, is geen toeval. Hij heeft daarvoor mannetjes opgesteld van de West Coast tot de East Coast. Zij houden voor hem de markt in de gaten. “Ze weten bijvoorbeeld dat ik nog op zoek ben naar vier specifieke kleuren van de Shell Chair – de overige heb ik. Een van de moeilijkste kleuren om vast te krijgen, is magenta. De zitschaal, zonder onderstel, is me al aangeboden voor 1500 euro. Sorry, maar daar bedank ik voor.”
Een echte verzamelaar denkt in reeksen, en zo ook Jeroen Lathouwers. Zonder de ontbrekende Shell-kleuren zal zijn collectie nooit compleet aanvoelen. “Zo is dat met alles. Op de bovenverdieping staat een grijze Eames’ Rope Edge Chair, de eerste Armchair met een koord in verwerkt. Ooit geproduceerd door Zenith in vijf kleuren. Ik heb er momenteel twee, dus die andere drie moét ik nog in handen krijgen. Is dat autistisch? (lacht) In de garage heb ik drie Honda Monkey’s staan, geproduceerd in drie kleuren tussen ‘74 en ’78. Daarmee heb ik de hele reeks en dat maakt me gelukkig.”
Voordat Jeroen zijn pijlen op Eames richtte, verzamelde hij sneakers. In de kelder van zijn woonst reiken de schoendozen van Nike tot het plafond. Een waar paradijs voor zijn vijftienjarige zoon die er de kicks voor het kiezen heeft. Nog langer geleden verzamelde Jeroen Lego en Playmobil. “De passie voor het verzamelen zat er als kind al in. Met de jaren leerde ik meer beredeneerd te werk gaan. Ik koop niet om te kopen – het meubelstuk moet me echt fascineren. Anders komt het dit huis niet binnen, al plakt er nog zo’n grote naam op. Omgekeerd houd ik veel van sommige lelijke eendjes van Eames, zoals de PSCA Swivel Chair in vinyl, die niemand wil. De gele heb ik al!” (lacht)
Meubels met een ziel
Ook namaak is voor een connaisseur als Jeroen Lathouwers een no-go. De stoelen van Eames zijn inmiddels zo vaak gekopieerd, dat ze een cliché in de gemiddelde woonkamer zijn geworden. “Je vindt al een fake Lounge Chair voor 700 euro. In mijn ogen straalt die niet de sfeer of charme uit van het origineel. Het kan snobistisch klinken, maar ik wil omringd worden door meubels met een ziel, een verhaal. Al komen die met een prijs. Ik moet andere dingen laten om mijn verzameling te kunnen voeden. Voor mij is dat vanzelfsprekend, maar veel mensen snappen dat totaal niet.”
Jeroen heeft een vaste partner in vintage design, zijn vrouw Lore. Woonde hij voordien in een uiterst strak interieur, dan mag er vandaag ook in geleefd worden. “De boeken in mijn boekenkast van Vitsœ moeten niet meer per se op grootte en kleur gerangschikt zijn. (lacht) Het Eames House in Los Angeles is op zich ook een mengelmoes van stijlen. Dankzij Lore heb ik dat eclectische leren appreciëren. Ze is een estheet met een scherp oog voor detail. Op de Brusselse vlooienmarkt kiest ze altijd de beste stukken.”
Eens verzamelaar, altijd verzamelaar
Is er dan nooit sprake van een miskoop ten huize Lathouwers? “Ik kocht eens een lot oude Eames-kuipjes van een politiekantoor in Los Angeles. Op foto zagen ze er prima uit, maar toen ze hier aankwamen, bleken ze allemaal gebarsten. Geen cent waard. Dat was mijn enige slechte aankoop in twintig jaar. Valt mee, toch? De vraag of hij zich ooit ziet stoppen, doet hem twijfelen. Het gebeurt wel dat Jeroen een stoel verkoopt omdat hij die beu is of omdat zijn smaak evolueert, maar de meeste stukken zijn hier voor het leven. De LCW Chair uit ‘49 bijvoorbeeld, die heeft hem bloed, zweet en tranen gekost om in huis te halen. En toch ... “Zeg nooit nooit. Jean-François Declercq, de grootste Prouvé-verzamelaar van België, heeft op een bepaald moment alles verkocht en hij zei me: 'Ik ben eindelijk verlost. Ik zat gevangen in mijn verzameling en voel me nu weer vrij.’ Ik begrijp ergens wat hij bedoelt. Al is hij daarna meteen Italiaanse lampen gaan verzamelen. Eens verzamelaar, altijd verzamelaar.”