Wie huisdieren heeft, doet alles om die te beschermen. Maar wist je dat veel planten giftig zijn voor onze harige vriendjes? Als ze die opeten, kan dat braken, diarree of hartkloppingen veroorzaken. Of nog erger... Daarom komen we met een selectie van tien planten die niet giftig zijn. Je kunt ze dus met een gerust hart in huis halen, zonder je zorgen te maken over de gezondheid en veiligheid van je huisdieren.
1. De graslelie (Chlorophytum Comosum)
De perfecte plant voor wie niet meteen groene vingers heeft. Ze is haast niet kapot te krijgen en vergeeft (bijna) al je plantenblunders. Of je haar vergeet water te geven of net dreigt te verdrinken, ze komt er makkelijk weer bovenop. Je kunt ze ook heel makkelijk laten voortplanten. Aan de stengels groeien stekjes, "baby's", en die knip je er gewoon af. Je zet ze in het water zodat ze worteltjes krijgen en dan kun je je nieuwe graslelie in de aarde planten..
2. De areca of goudpalm (Chrysalidocarpus)
Deze plant komt minder vaak voor maar is ook heel fijn om in huis te hebben. Plaats ze niet te dicht bij het raam, want om zich goed te voelen, heeft ze slechts enkele uren indirect licht per dag nodig.
3. De Calathea Orbifolia (Calathea Orbifolia)
Ook deze plant is heel makkelijk in onderhoud. Bovendien zijn de bladeren versierd met een elegant patroon. De Calathea Orbifolia heeft evenmin veel licht nodig om zich in topvorm te voelen. Ze is gek op half verlichte hoekjes waar het daglicht niet goed doorkomt.
4. De olifantspoot (Beaucarnea Recurvata)
Deze palm is de perfecte aankoop voor een huis of appartement en kan na verloop van tijd heel groot worden. Hij slaat het water op in zijn stam en is dus goed tegen droogte bestand. Hij vraagt dan ook niet veel aandacht. Let wel op, want niet alle palmen zijn niet-giftige planten. Zoek dus eerst op welke specifieke variëteit je wilt kopen.
5. De tiengebodenplant (Maranta Leuconeura)
De tiengebodenplant is een van de lievelingetjes van echte plant lovers. Ze staat immers gekend voor haar lange bloeitijd met kleine paarse bloemetjes, hét teken dat de plant gelukkig is (ze bedankt je dus voor je goede zorgen, is dat niet lief?). Bovendien bewegen haar unieke bladeren in de loop van de dag mee met het licht.
6. De venusvliegenvanger (Dionaea Muscipula)
Een vleesetende plant in huis? Ja hoor, dat kan best! De venusvliegenvanger of venusvliegenval is absoluut onschadelijk voor honden en katten, maar niet voor de vliegen en andere kleine insecten waar ze zich mee voedt (vandaar dus haar naam). Plaats haar op een vensterbank met zeker vier uur direct zonlicht per dag en vergeet ze geen water te geven. Om te kunnen overleven, heeft ze slechts een of twee insecten per maand nodig.
7. Het kruidje-roer-mij-niet (Mimosa Pudica)
Het kruidje-roer-mij-niet dankt zijn naam aan hoe het reageert op aanrakingen: zijn blaadjes sluiten zich ogenblikkelijk, als om zich te beschermen. Gelukkig is het niet-giftig, want kinderen noch volwassenen kunnen het laten om toch even te voelen. Deze plant is heel makkelijk in onderhoud en houdt van indirect licht.
8. De watermelon peperomia (Peperomia Argyreia)
De meeste peperomiavariëteiten zijn niet-giftig voor honden en katten, maar dit is toch wel een van onze favorieten. De bladeren lijken immers op kleine watermeloentjes. De watermelon peperomia gedijt goed op een plaats met veel indirect licht. Direct zonlicht kan de bladeren verbranden, waardoor die hun kleuren verliezen.
9. Het luchtplantje (Tillandsia spp.)
Er zijn maar weinig niet-giftige planten (giftige ook niet, trouwens) die geen aarde nodig hebben om te leven. Het luchtplantje is er daar dus een van. Met dit plantje zijn de mogelijkheden om je interieur op te fleuren, haast eindeloos. Al wat het nodig heeft, is een omgeving met veel licht. Maar opgelet, twee tot drie keer per week (of vaker als het heel warm is), moet je er toch wat water over verstuiven. En eens per week plaats je het luchtplantje enkele minuten in niet-kalkhoudend (zacht) water.
10. De hertshoornvaren (Platycerium)
Tot slot hebben we deze varen. Die is bijzonder interessant omdat ze zowel in een pot met aarde als op een muur kan groeien. Deze plant heeft veel indirect licht nodig en zal wegkwijnen in een donkere kamer. Afhankelijk van de vochtigheidsgraad in de ruimte, zal ze meer of minder water nodig hebben. Als ze bijvoorbeeld in de badkamer staat, hoef je ze maar eens om de drie weken te besproeien en bestuiven.
