Met haar bijzondere stem, verslavende urban pop en enorme ambitie straalt Marie-Pierra Kakoma, alias Lous and the Yakuza, een ongelooflijke energie uit. De Belgisch-Congolese is een vrolijke vrouw die trieste songs brengt. Amerikanen zijn dol op haar, ook al zingt ze in het Frans: "Ik belichaam de selfmade woman. Ik geloof keihard in mezelf."
Enkele dagen voor haar album uitkomt, ontmoeten Lous en ik elkaar voor de tweede keer. De eerste maal was een jaar geleden, tijdens haar allereerste showcase op de zevende verdieping van een privéappartement in het centrum van Brussel. Alle grote journalisten uit de wereld van muziek en cultuur waren aanwezig om het meisje te ontdekken ‘dat het helemaal zou gaan maken’. Deze keer zitten we in het kantoor van haar persattaché Five Oh en ligt haar eerste album tussen ons in. Lous is moe na maanden promotiewerk, maar haar enthousiasme is er nog. Ze lacht na elke zin en haar onafgebroken woordenstroom past bij het levenstempo dat ze beschrijft: “Ik ben al sinds mei onderweg; het is een wonder dat ik geen covid-19 heb opgelopen. Zelfs tijdens lockdown deed ik interviews en werkte ik elke dag live op sets, want normaal had de plaat in juni moeten uitkomen.”
Na een bevoorrechte jeugd was ik vijf maanden dakloos. Ik kies nooit de traditionele weg
De Belgisch-Congolese singer-songwriter, rapper en model legde een parcours met hindernissen af. In september 2019 kwam haar eerste single uit, ‘Dilemme’, gevolgd door ‘Tout est gore’, ‘Laisse-moi’, ‘Solo’, ‘Bon acteur’ en ‘Amigo’. Ze bracht dus vijf singles uit tijdens de lockdown, maar moest de lancering van haar debuutalbum uitstellen en zag haar tournee op losse schroeven komen te staan. Ze blijft er merkwaardig kalm onder: “Ik ben opgegroeid in Afrika. Dat vormt je karakter en de manier waarop je met zulke situaties omgaat. Bovendien zijn mijn ouders dokter, ik ben dit soort toestanden dus een beetje gewend. Je moet je aanpassen. Er staan nu weer optredens gepland, maar alles blijft onzeker. Een epidemie kan twee jaar duren. Ik heb er vrede mee.” De frêle 24-jarige straalt een enorme kracht uit.
Enkele jaren geleden gaf ze alles op voor haar muziek. “Ik ontdekte al jong dat het leven niet simpel is en dat je moet vechten voor je overtuigingen. Toen ik 19 was, ben ik vijf maanden dakloos geweest. Ik heb er veel van geleerd – zo is dat met alles wat je meemaakt. De straat is als een spiegel van de mensheid. Ik heb er de waardigheid ondervonden van mensen die dakloos waren zoals ik en ook het gebrek aan menselijkheid van mensen die wel een dak boven hun hoofd hebben. Daklozen delen veel met elkaar, al denkt men vaak dat dat niet het geval is. Ik weet wat het is om het koud te hebben. Echt koud. Ik heb er zo’n trauma aan overgehouden dat ik altijd een coltrui in mijn tas meedraag.
Koppig en trots
Hoe belandt een doktersdochter, die op een van de beste internaten van het land heeft gezeten, eigenlijk op straat? Ze beschrijft het als een bijna noodzakelijk overgangsritueel: “Zonder die ervaring was ik misschien een meer traditionele weg opgegaan. Ik heb een bevoorrechte jeugd gehad en niemand had kunnen denken dat ik ooit dakloos zou zijn. Ik maak al muziek van toen ik heel klein was, ik schreef gedichten, ik was fan van Japan. Mijn ouders zagen het als niet meer dan een hobby. En toen werd ik 18 en ik moest kiezen wat ik ging doen met mijn leven. Mijn ouders wilden dat ik geneeskunde ging studeren. Ik ging graag naar school, dat was het probleem niet. Ik heb filosofie geprobeerd, rechten, pol en soc. Maar op een dag besloot ik dat ik met alles wilde stoppen om me aan mijn passie te wijden. Mijn ouders zeiden dat ik er dan alleen voor zou staan. Het enige wat ik bezat was een treinabonnement waarmee ik elke dag op en neer reisde tussen Brussel en Leuven om er in de studio te werken. ’s Avonds liep ik over straat tot ik uitgeput was. Dan zocht ik ter plekke een slaapplaats. Niemand wist dat ik dakloos was. Ik zat enorm in de put en mijn muziek was waardeloos omdat die mijn gemoedstoestand en frustraties weerspiegelde.” Vijf maanden lang doolde ze door de straten van de Montgomerywijk in Brussel, en toen hielp een vriend haar uit de ellende. “Hij maakte me duidelijk dat ik mijn trots moest inslikken en hulp moest vragen. Hij gaf me tien euro en zei: ‘Met dat geld moet je naar je oudere zus gaan. Die houdt van je en zal je helpen.’
Lange tijd had ik een te groot ego om anderen om hulp te vragen. Maar ditmaal luisterde ik en ging naar mijn zus. Die was diep geschokt toen ze hoorde hoe ik leefde. Ik houd veel van
mijn familie, maar op een bepaald moment in mijn leven was mijn woede naar hen toe net zo groot als mijn liefde. Ik had vooral moeite met het feit dat ze me niet konden aanvaarden zoals ik ben. Ouders denken nogal eens dat ze weten wat goed is voor hun kinderen, terwijl ze hen zouden moeten steunen in hun keuzes, en vertrouwen zouden moeten hebben. Daarna zijn er dingen veranderd, al heb ik later nog een periode op straat geleefd. Maar dat was anders. Ditmaal was ik niet dakloos uit woede of koppigheid, maar omdat ik mijn leven aan deze plaat wilde wijden. Ik sliep in een studio zonder badkamer of keuken. Ik schreef deze songs onder moeilijke omstandigheden, maar ik wist dat het me zou lukken. Ik wist dat ik niet in de ‘hess’ (Arabisch woord voor ellende, red.) zou blijven zitten. Ik wist dat de mensen me op een dag zouden horen. En zo is het ook gegaan.”
Alleen, maar goed omringd
De naam Lous is gewoon ‘soul’, maar dan omgedraaid, en ‘yakuza’ slaat op het groepje mensen met wie ze samenwerkt. “Denk nu niet dat ik een entourage heb zoals de grote sterren. De mensen met wie ik samenwerk zijn geen ja-knikkers. Ik wil mensen om me heen die me inspireren.” Alleen zijn is een thema dat vaak terugkomt in haar songs, maar in het echte leven is de Belgische omringd door een fantastische groep mensen die haar helpen met haar carrière. Dat zijn onder andere Krisy, Damso en El Guincho. Die laatste, een Spaanse artiest en componist, is bekend als producer van Rosalia. Hij hielp de zangeres om een coherent, evenwichtig album uit te brengen. “De laatste jaren is er veel veranderd in de muziekindustrie. Singles en clips moeten een hype creëren en de artiest zichtbaarheid geven. Ik heb mijn album opgevat als een verhaal, dat een periode uit mijn leven vertelt. Het leek logisch dat ik die songs samen op één album zou uitbrengen.”
‘Gore’, dat op 16 oktober in de winkels ligt, is het resultaat van drie jaar werk, en de gelijknamige single sloeg in als een bom in Italië, Frankrijk en ook in de States, waar haar Franstalige urban pop een ongekend succes oogst. “Het is heel bijzonder om door te breken in de States als je in het Frans zingt, en tegelijkertijd voelt het heel logisch aan. Ik ben sterk doordrongen van de Amerikaanse cultuur: ik zie mezelf als selfmade woman, ik ben ambitieus, vrolijk en extravert… De States zijn als een grote machine met een eigen gebruiksaanwijzing. Het is simpel: als je niet
op Twitter zit, besta je daar gewoon niet. Een maand geleden had ik 700 followers. Nu heb ik er 11 000! Uiteindelijk is alles er een kwestie van geld. Het is heel heftig. Het is een wonder dat mensen in mij wilden investeren. En nu kunnen ze gewoon niet meer anders.” (lacht)
Maanwandeling
Ze is het resultaat van een onmogelijke liefde tussen een Congolees en een Rwandese, en ze voelt zich nergens thuis, behalve in haar eigen hoofd. Ze houdt het mysterie rond het personage dat ze gecreëerd heeft, graag in stand. ”Al is dat maar een uitwendig laagje. Vanbinnen ben ik echt heel gewoon. Maar ik ben wel gelovig. In de muziekindustrie bekijkt men bidden tot Jezus soms als iets
mystieks.” (lacht) En alsof ze het mysterie rond haar persoon nog wil voeden, tekent Lous altijd een symbool op haar voorhoofd voor ze buiten komt: een man die z’n armen opheft ter hemel. ”Ik ben enorm spiritueel. Je zou het symbool kunnen interpreteren als een teken van vreugde of diepe wanhoop, maar voor mij is het een teken van veerkracht. Ik ontvang alles wat me overkomt als een zegen. Dus nee, ik ben niet mystiek geworden door de muziek, maar ik ben me ervan bewust dat bepaalde mensen in mijn omgeving anders tegen me aankijken dan vroeger. Ze mystificeren wat ik doe. Dat heb ik trouwens nooit begrepen. Er moet heel wat gebeuren voor ik onder de indruk ben van iemand; het moet al een astronaut zijn die op de maan heeft gewandeld. Maar er zijn wel artiesten die me inspireren, zoals Mac DeMarco of James Blake. Als mensen het werk van een bepaalde artiest goed vinden, creëren ze er een hele wereld omheen. Over het algemeen kun je stellen dat artiesten heel dicht bij hun muziek staan. Als je relaxte muziek maakt, ben je zelf ook relaxed.”
Vroeger had ik een te groot ego om hulp te vragen, maar dat is veranderd
Ze is goed bevriend met Damso (ze is te horen in ‘Coeur en miettes’ op het album ‘QALF’) en met Krisy, en ze houdt van artiesten met sterke teksten als Prince, Ikue Asazaki, Cesaria Evora en Salif Keita. Lous and the Yakuza wil graag een voorbeeld zijn. “Ik wil het uithangbord zijn van de zwarte vrouw die er in haar eentje is gekomen, ondanks allerlei tegenslagen. Ik ben het laatste gezicht dat een marketeer zou kiezen voor een reclamecampagne voor ondernemerschap, terwijl ik tegenwoordig aan het hoofd sta van drie ondernemingen. Ooit een reclame gezien waarin de CEO een zwarte vrouw was? Voor die rol kiezen ze nog altijd een blanke man met een overhemd en een das. Ik ben wel degelijk een ondernemer. Daarom wil ik ook meewerken aan modecampagnes, om aan kleine meisjes te laten zien dat alles mogelijk is. De reclamewereld speelt een enorme rol bij het beeld dat we hebben van bepaalde mensen in onze samenleving. Als we wat vaker gekleurde mensen of vrouwen in machtsposities zouden zien, zou er een einde kunnen komen aan heel wat vooropgezette ideeën. De media dragen de verantwoordelijkheid om de zaken ten goede te veranderen. Het zou cool zijn als ze die verantwoordelijkheid ook zouden nemen. En verder moet ieder van ons in actie komen. Niemand anders zal in onze plaats meer gelijkheid creëren.”
Italiaanse tweespalt
Ze wil mensen graag hoop geven en vindt dat niet overdreven ambitieus: “Vrouwen worden niet opgevoed om ambitieus te zijn en in Afrika al helemaal niet. In Rwanda was ik een nachtmerrie voor mijn moeder. Meisjes moeten daar bescheiden zijn, kalm en puur ... En ik was dat allesbehalve. Ik ben een vrouw en ik ben zwart. Succes is in principe niet weggelegd voor mensen zoals ik. Ik kan dus twee dingen doen: me beklagen over mijn lot, en dan gebeurt er niets, of vechten tegen de onrechtvaardigheid door luidkeels te roepen dat ik besta en dat ik interessante dingen te zeggen heb.” Als je aan Lous vraagt wat het betekent om een Franstalige artiest met een ebbenhouten huid te zijn in onze maatschappij, heeft ze razendsnel haar antwoord klaar. “Het meest frappante vind ik mijn succes in Italië, waar ze mijn songs permanent draaien (‘Dilemme’ kreeg er een gouden plaat, red.) en me op alle televisiezenders uitnodigen. Terwijl de ministers daar via diezelfde media racistische of vrouwonvriendelijke uitspraken mogen doen. De Italianen hebben geen open of progressieve reputatie. Maar in feite is er een groot verschil tussen de regering en het volk, daar is mijn succes het bewijs van.”
Een marketeer zou mij nooit kiezen voor een campagne rond ondernemerschap, - en toch heb ik drie bedrijven
De dingen beginnen te veranderen, maar het gaat langzaam. “Voor mij is racisme in de eerste plaats onwetendheid. Iemand haten om zijn huidskleur is hetzelfde als iemand haten omdat die groene ogen of lange nagels heeft; het is onzinnig!” Ze werd zelf al meermaals de dupe van racisme. “In Brussel heb ik tientallen huurappartementen bekeken waarbij de eigenaar twijfelde of ik de huur wel zou kunnen betalen. En als ik voorstelde om een jaar vooruit te betalen, werden ze nog wantrouwiger. Ik kon nog zo hard bewijzen dat ik wel degelijk geld had, ze bleven achterdochtig. Dat is systemisch racisme. Je moet 100 keer zo hard je best doen, gewoon door de kleur van je huid. Als je solliciteert en je wordt niet aangenomen omdat je niet bekwaam bent voor de job, is dat logisch. Maar als je niet aangenomen wordt omdat je zwart bent, is dat stom en onrechtvaardig. We moeten ieder mens als een individu bekijken. En de onderdrukte minderheden moeten niet alleen samen op straat gaan betogen, ze moeten ook individueel in opstand komen en actie ondernemen. Alleen zo komen we eruit.”
Op bezoek bij Jimmy Fallon
Haar optreden op COLORS is intussen al meer dan een miljoen keer bekeken. Madonna deelde haar song ‘Tout est gore’ op de sociale netwerken. Het koppige doorzettingsvermogen van Lous werpt vruchten af: “Ik heb me nooit laten ontmoedigen. Ik werd ontdekt toen ik een akoestisch stuk op YouTube zette en daarmee ging de bal aan het rollen. Ik ben altijd ambitieus geweest. Op mijn 15de schreef ik al brieven naar Columbia Records in de hoop dat ze naar mijn demo’s zouden luisteren en me zouden opnemen bij hun label. Maar ze schreven terug: ‘Van dit soort aanvragen krijgen we er tientallen per dag, en een bericht van een Belgisch meisje zoals jij springt er echt niet uit.’ Dat was de boodschap. Maar ik geloofde toch keihard in mezelf.” En dankzij dat doorzettingsvermogen brengt Marie-Pierra nu haar eerste album uit en mag ze deelnemen aan het Tiny Desk Concert, een referentie in de muziekwereld met een YouTube-kanaal met bijna tweeënhalf miljoen leden. Lous is ook gevraagd voor de show van Jimmy Fallon op NBC. “Als je iets wilt, moet je erin blijven geloven, net als ik. Geloof in jezelf en in het feit dat je alles kunt bereiken als je het maar hard genoeg wilt. Wat je wil, dat kun je ook. Dat is echt waar!”
Toch heeft het succes ook zijn nadelen. Die leert Lous geleidelijk kennen nu ze een bliksemcarrière maakt. “Beetje bij beetje kom je in het middelpunt van de belangstelling te staan. Dat is iets heel raars, en het kan je snel naar het hoofd stijgen. Je wordt gewoon dronken van de mensen, de complimenten, de vragen die ze je stellen. Als je de hele tijd over jezelf moet praten, kun je daar best gek van worden.” Wat de liefde betreft: ze mag dan overkomen als een femme fatale, ze houdt ervan om een relatie te hebben. Ze is sinds kort weer vrijgezel en vertelt over de druk die haar werk op haar privéleven legt. “Het is natuurlijk fantastisch om internationaal door te breken, maar het probleem is dat je daarna nooit meer thuis bent. Mijn partner wist op voorhand dat ik voor mijn carrière zou gaan. Maar zolang je zegt dat je een ster wilt worden en je bent het niet, is het allemaal leuk. Als je dan wel een ster wordt, is het heel snel niet zo leuk meer. Van een vrouw in een relatie wordt nog altijd verwacht dat ze thuis aanwezig is en haar partner verzorgt, en ze mag wel succes hebben, maar niet te veel. In elk geval minder dan de man met wie ze het leven deelt. Dat is belachelijk. We leven niet meer in de 15de eeuw ...” Lous and the Yakuza is op missie om dingen te veranderen en wij geloven keihard dat het haar zal lukken.
LEES OOK: onderneemster Tonya Schamp maakt komaf met eenzaamheid tijdens covid