Waarom kunstschaatster Loena Hendrickx tot de absolute wereldtop behoort? Ze combineert de elegantie en flexibiliteit van een ballerina met een ijzersterk vertrouwen in haar drievoudige sprongen en duizelingwekkende pirouettes. Ze is vice-wereldkampioen, ging al twee keer naar de Olympische Spelen en behaalde onlangs zilver op het EK kunstschaatsen. Haar doel? Een kleine sport groot maken!
Als vierjarige volgde je in de voet-, excuseer, schaatssporen van je drie oudere broers. De twee oudsten speelden ijshockey, broer Jorik volgde kunstschaatslessen. Wanneer wist je: dit kan wel eens iets worden?
“Ik blonk uit in het Belgische kunstschaatsen. Maar bij mijn eerste buitenlandse ervaring merkte ik dat ik een serieuze achterstand had. Ik werkte hard en stootte op jonge leeftijd door naar het senior circuit. Op mijn eerste EK werd ik 7de, bij mijn eerste WK kwalificeerde ik me meteen voor de Olympische Spelen van 2018.”
Je groeide in die jaren van gepest schoolmeisje uit tot topsporter?
“Mijn lagere schooljaren waren moeilijk. Kinderen kunnen onbedoeld wreed en jaloers zijn. Ik was een buitenbeentje met mijn vele medailles en gemiste schooldagen door competities. Na een pedagogische studiedag, waarop Jorik en ik in Nederland gingen trainen, riep ik uit dat ik dat elke dag wel wilde doen. Nog diezelfde avond zat hij Nederlandse topsportscholen te researchen en schakelde ik om naar het Nederlandse onderwijs met een topsportstatuut op zak. Ik bloeide er helemaal open.”
Diezelfde broer is, na een imposante schaatscarrière, nu je coach. Gooien jullie soms met schaatsen naar elkaars hoofd?
“Bwa, dat valt mee (lacht). Als we al eens ruzie maken, is dat om de stomste dingen. Hij kent mij en mijn lijf door en door en heeft zelf op topniveau geschaatst. Ik voelde dat mijn voormalige coach (Carine Herrygers, red.) minder zelfvertrouwen had doordat mijn niveau zo gestegen was.”
Na enkele seizoenen vol blessures kwam je post-lockdown ijzersterk terug, vol zelfvertrouwen. Broodnodig, want op jouw niveau is het vooral een psychologisch spel?
“Het beheersen van sprongen en pirouettes duurt jaren. Als je eenmaal op het hoogste niveau zit en alles onder de knie hebt, wint degene die mentaal het sterkst staat. Je moet geloven in jezelf en je kunnen. Ik ben eigenlijk best verlegen, maar voor een arena van duizenden mensen en een negenkoppige jury sta ik sterk in mijn schaatsen. Mijn zelfvertrouwen is mijn troef.”
Nog iets waardoor je uitblinkt: je leeftijd?
(Lacht) “23 is best oud voor een kunstschaatser. De perfecte fysiek voor drie- of viervoudige sprongen is een tenger gebouwd lijf, meisjes die nog niet in de volle puberteit zitten dus. Ik heb mijn verandering tot vrouw al doorgemaakt en draai mee aan de top. Het vergt meer om een 20-jarig lijf te laten doen wat ik doe, en je denkt na over alles. Als 15-jarige spring je op automatische piloot en heb je niks te verliezen.”
Als we het hebben over 15-jarigen, denken we meteen aan de Russische schaatsers, die sinds de oorlog in Oekraïne niet meer mogen deelnemen.
“Ja, ik sta er naar te kijken hoor, hoe die Russische meisjes viervoudige sprongen uit hun magere benen persen. Hoe ze het doen? Ik weet het niet. Maar plaats 1, 2 en 3 was altijd al voor de Russen. Ik en mijn Amerikaanse en Japanse concullega’s streden voor plaats 4, 5 en 6. Het competitieveld is nu volledig opengetrokken. De personal bests van de top 6 liggen slechts 4 punten uit elkaar, dus het is erg spannend. De Internationale Schaatsunie trok de leeftijd na het dopingschandaal met Kamila Valieva op van 15 naar 17 jaar. Ik hoop dat kunstschaatsen hiermee weer een vrouwensport wordt.”
De jury apprecieert jouw volwassen küren waarin je je vrouwelijkheid durft inzetten.
“Ik heb al wat levenservaring in vergelijking met een tiener van 15. Ik werd vice-wereldkampioen met een aparte lange kür rond het thema Arabische nachten. De jury en het publiek waren wild van de intrinsieke choreografie van Adam Solya, mijn vaste choreograaf (tevens lector dans aan het conservatorium van Brussel). Voor mij is dat steeds een nieuwe grens opzoeken, maar met mijn zelfvertrouwen lukt me dat.”
Wie aan kunstschaatsen denkt, denkt aan bitch fights genre Tonya Harding vs. Nancy Kerrigan.
“Zoiets heb ik gelukkig nooit gezien. Mijn concurrenten en ik zijn niet per se dikke vriendinnen, maar we wensen elkaar het beste toe. Toestanden zoals vroeger, waarbij schaatsen gesaboteerd of gepikt werden, gebeuren gelukkig niet meer.”
Kunstschaatsen heeft, net als turnen en ballet, een reputatie rond sporters en hun gewicht.
“Ik heb ook ingezeten met die cijfers op de weegschaal. Als 18-jarige was ik door mijn puberteit heen en had ik vormen gekregen. Mijn gewicht was volkomen normaal, maar ik voelde me het dikkertje van de competitie, vergeleken met die jonge tieners. Ik leed zelfs aan het RED-S (Relative Energy Deficiency in Sport) syndroom, waarbij ik veel te weinig energie binnenkreeg. Ik klopte aan bij een diëtiste, die me bijschoolde in hoe, wat en wanneer ik beter kon eten. Ik heb mezelf en mijn lijf graag leren zien.”
Vorig jaar was er controverse rond je achterste?
(Grinnikt) “Voor mijn lange kür met het Arabische thema koos ik voor een schaatspak in huidtinten. Ook mijn broekje was in huidskleur. Hetze alom, want sommige juryleden vonden dat het leek alsof ik in mijn blote kont schaatste. Toegegeven, de eerste versie was misschien iets te teenyweeny en kroop tijdens de eerste wedstrijd van het seizoen tussen mijn billen. Het er mid-kür tussenuit pulken zit er in het schaatsen niet in, dus ik kreeg een waarschuwing. Het broekje werd wat breder gemaakt en datzelfde kostuum is nu genomineerd voor de ISU Awards als kanshebber voor ‘Best Costume’. Just saying …”
Let’s talk glitter. Je ontwerpt mee je kostuums?
“Klopt. Ik kijk naar bridal wear en danskledij. Mijn schaatskostuums zijn het resultaat van het samenbrengen van vijf verschillende jurkjes: de rug van die, de mouw van dat pak, de halslijn van die trouwjurk … Het totaalplaatje is erg belangrijk. In het kunstschaatsen kunnen ze punten aftrekken voor een kostuum dat niet bij je kür past of voor een wardrobe malfunction zoals een sluiting die losspringt. De vele glitter zorgt ervoor dat je kostuum ook op afstand goed overkomt bij de jury en het publiek. Mijn kostuums zijn 100% Belgisch, van Severine Costumage.”
Dat totaalplaatje, daar hoort ook een flinke laag make-up bij?
“Klopt. De jury zit ver, dus je make-up moet uitvergroot zijn, ook voor de camera’s. Ik doe mijn make-up zelf, ik heb uren naar make-up tutorials gekeken om het onder de knie te krijgen. Strakke haarlakdotjes verhinderen dat je haren in de weg zitten. Voor mij moet alles kloppen: verzorgde nagels in de tint van mijn kostuum, mooie make-up en strakke haren.”
In het buitenland ben je best een ster, hier in België kan je nog ongestoord shoppen.
“Inderdaad. In Japan bijvoorbeeld word ik tegengehouden op straat: fans buigen en vragen om een handtekening. Ik ben eigenlijk een totale huismus. Het jetsetleven hoort bij de sport, maar ik laat mijn familie niet graag achter.”
Je hebt zo’n honderdduizend volgers op Instagram. Hoort dat ook bij de job?
“Ja. In een kleine sport is sponsoring belangrijk. Ik krijg niet dezelfde exposure als pakweg een wielrenner en kan enkel met logo’s pronken in de kiss and cry (de plek waar de punten en de kussen/traantjes worden uitgedeeld, red.), dus social media is een dankbaar medium om mijn sponsors in de kijker te zetten. Ik krijg een maandloon via mijn topsportcontract bij Sport Vlaanderen, waar ik heel dankbaar voor ben. Sportoase ondersteunt me en ik heb een auto via Lauwers Groep. Ik puzzel elk jaar om het financiële plaatje uit te balanceren: aan welke competities kan ik meedoen en aan welke niet? Ik denk ook aan de toekomst: ik heb een diploma als begeleider in de buitenschoolse kinderopvang en combineer mijn topsportcarrière met een educatieve bachelor kleuteronderwijs.”
Je bent ook ambassadrice voor Chique Sport.
“Ik ben helemaal fan! Chique Sport is een Brits/Belgisch product. Jenna McCorkell, 10-voudig Brits kampioene en de vrouw van Belgische kunstschaatslegende Kevin Van der Perren, is het brein achter het merk. Superfijne en dunne trainingskledij die warm is en goed aansluit. Het is perfect voor schaatsen, joggen, yoga, dans … De ontwerpen vallen op. In de nieuwe Icon collectie zijn de off-ice legging en de tank top met opvallende rug mijn favorieten.”
Tot slot, topsport en de liefde, hoe gaat dat?
“Ik zit in een prille relatie. Mijn vriend deed zelf op hoog niveau aan atletiek, dus hij begrijpt de sport en steunt me volledig, wat nodig is. Hij fitnesst veel, dus hij ziet er keigoed uit. Of hij toevallig meeluistert? Misschien …” (lacht)
Met dank aan Sportoase Grote Schijn.