Anthony Vaccarello aan het hoofd van Saint Laurent’s creatie, Demna bij Balenciaga, Raf Simons als co-creatief directeur van Prada samen met Miuccia, Glenn Martens die de creatieve leiding heeft over het iconische Belgische modehuis Margiela, parallel met zijn rol als CD bij Diesel, Nicolas Di Felice bij Courrèges, Pieter Mulier bij Alaïa, Julien Dossena bij Rabanne, Julian Klausner bij Dries Van Noten of Nadège Vanhée verantwoordelijk voor de damescollecties bij Hermès: de lijst is niet uitputtend, hun talent onbegrensd.

De meest toegankelijke creatief directeuren komen momenteel uit België
Ze zijn niet allemaal in België geboren, maar ze zijn daar gevormd. Belg zijn is meer een mindset dan een paspoort. Soms in de schaduw van een prestigieuze designstudio, steeds vaker aan het roer van grote modehuizen, soms beginnen ze hun eigen merk, altijd cultiveren ze een sterke stempel. Met de elegantie om zich niet te laten voorstaan, en hun energie te wijden aan vooruitgang.
Balenciaga SS25
Een verankering en een persoonlijkheid
Alice Bouleau, directeur van het creatieve team bij het gespecialiseerde rekruteringsbureau voor mode en luxe Sterling, praat over de persoonlijkheid van Belgische ontwerpers (of zij die in Brussel en Antwerpen zijn opgeleid): “ze zijn zeer benaderbaar, met beide voeten op de grond. De meest toegankelijke creatief directeuren, de prettigste om mee te werken, genereus in hun werk, zijn momenteel Belgen.” Ze wijst op een “Belgische persoonlijkheid, in hun opleiding misschien, zeker op school”. De rekruteerder benadrukt ook een verschuiving na de Covid-periode in de manier waarop professionele relaties worden benaderd: “We denken na over mentale gezondheid op het werk, we beginnen de betekenis van modeberoepen te relativeren. We redden geen levens, dus werken we met aardige mensen.” Er is de vorm, maar vooral de inhoud: “Hun mode is pragmatisch, het is mode voor het lichaam. Ze zijn niet ijdel, wat hen in staat stelt kleding te ontwerpen die aan echte behoeften voldoen. Ze begrijpen hun klanten perfect en bieden realistische voorstellen aan. Ze tonen een altruïsme dat niet altijd in andere huizen wordt gevonden, met producten die soms pretentieuzer zijn. Als ik met creatief directeuren en hoofdontwerpers praat, hoor ik dat de jonge afgestudeerden van La Cambre enorm hard werken, met een gezonde aanpak, een goede houding, zonder tegenzin. Iedereen in het vak heeft genoeg van overdreven ego’s. Divas zijn niet meer in de mode.”
De voorbereiding vooraf
Brandon Wen, hoofd van de modeafdeling van de Academie van Antwerpen sinds 2022, vindt dat “Belgische scholen zowel op efficiëntie als op creatieve ambitie voorbereiden. Als je kijkt naar degenen die in België hebben gestudeerd, zie je een assertiviteit, een standpunt, een essentie die ze tijdens hun hele carrière kunnen cultiveren. Ons onderwijsprogramma stimuleert de opkomst van productieve ontwerpers, die niet gefocust zijn op één enkele vaardigheid. België ontwikkelt een eclectische smaak met hoge normen. Ik hoop dat we een plek in de mode kunnen herwaarderen voor jongeren met een unieke visie die zich niet noodzakelijk willen conformeren aan de kaders van een studio.” Van zijn kant benadrukt Tony Delcampe, die het Brussels La Cambre Mode[s] sinds 1999 leidt, dat de originaliteit – en indrukwekkende resultaten – van dit onderwijs worden verankerd in de pedagogiek van een kunstacademie, “wat op zich vrij ongebruikelijk is. Bij La Cambre benaderen we mode vanuit semiologie, filosofie, literatuur, kunstgeschiedenis, esthetiek, hedendaagse kunst… Studenten benaderen later de mode vanuit meerdere invalshoeken. Bij La Cambre creëren we verlangen, maar geen fantasie. Ze zijn in staat om elk kledingstuk vanaf de eerste jaren te bouwen. Praktische kleding, maar niet standaard. We zijn ver verwijderd van particuliere instellingen die zich concentreren op techniek en industriële eisen. Al vanaf het begin helpen we leerlingen om een belangrijke culturele bagage te verwerven, die elke persoon op een andere manier voedt. Ze zullen nooit beperkt zijn tot één specialiteit.” Wat betreft de oorsprong van de beruchte “Belgische houding,” verklaart Tony Delcampe dit door de vijf jaar training die aanzienlijke toewijding vereist: “de hectische werk- en leeromgeving, zeer selectief, heroriënteert hun waarden.”
De essentie van allure
Julien Dossena, die warme herinneringen bewaart aan zijn studies aan La Cambre, benadrukt dat hij kon evolueren in “een ongelooflijke omgeving van strengheid en eisen, met een echt gevoel voor de werkelijkheid. Er was een grote generositeit van het onderwijsteam, de ambitie die de leraren voor ons hadden. Ze duwden de studenten in functie van hun persoonlijkheid zodat ze zo ver mogelijk konden komen, maar zonder vleierij.” Dit, om wederom de kleding boven het ego van de ontwerper te plaatsen. De benoeming van Matthieu Blazy bij Chanel illustreert deze zoektocht naar essentie door de beheersing van alle ontwerpprocessen. Tony Delcampe stelt: “Matthieu zal zijn vermogen om technisch te begrijpen wat een kledingstuk is zeker benadrukken, zowel op het niveau van snit, assemblage, volumes, materialen en opsmuk, in relatie tot zijn grote artistieke cultuur. Naast zijn vakmanschap toont hij een opmerkelijk ‘zijn’. Hij stelt zijn vaardigheden ten dienste van de creatie, zonder, zoals velen, alles te wedden op zijn imago. Hij is betrokken bij zijn teams, altijd in contact met de ateliers. De kunstnijverheid, dat is zijn vakgebied bij uitstek.” We herinneren eraan dat Blazy van 2011 tot 2014 bij Maison Margiela de Collectie Artisanale, de Couture-tegenhanger van het merk, leidde. “Zeer loyaal, trouw aan de school, hij komt regelmatig terug tijdens jury’s om studenten te laten profiteren van zijn ervaring. Hij heeft er zelfs enkele aangeworven in de huizen waar hij werkte. Hij heeft ook als professor in de masteropleiding gewerkt. Matthieu weet terug te geven wat hem is gegeven. Hij is betrokken bij een overdrachtsproces.”
Bottega Veneta SS25
De genuanceerde balans van evoluerende ambities
Hoewel we blij zijn met deze toenemende erkenning, impliceert de recente veranderingen in de industrie grote verschuivingen. Walter Van Beirendonck, die 15 jaar de Antwerpse school heeft geleid en daar 35 jaar heeft gedoceerd terwijl hij zijn eigen huis ontwikkelde, spreekt van een “tijdperk van goudzoekers-ontwerpers.” “Er is een sterke tendens in de afgelopen tien jaar, die jonge afgestudeerden ertoe aanzet niet langer het risico te nemen om hun eigen merk te creëren. We missen meer dan ooit frisse voorstellen en onafhankelijke jonge collecties, duidelijke standpunten. Studenten maken de bewuste keuze om hun eindcollecties en vooral hun portfolio te realiseren om grote luxehuizen te verleiden en daarbinnen te integreren. Werken in een van deze teams en later creatief directeur worden in deze structuren vertegenwoordigt tegenwoordig de voornaamste ambitie in de modewereld. Studenten opgeleid aan Belgische scholen, met een grote creativiteit en een scherp gevoel voor verhaal, worden bijzonder geprezen door deze luxemerken. Maar omdat we niet zien dat deze ontwerpers hun eigen identiteit ontwikkelen door de jaren heen, omdat ze geen persoonlijke collecties tekenen, wordt het heel moeilijk om hun kracht, hun visie, hun talent en uiteindelijk hun DNA te herkennen. Ze werken en groeien onder de invloed van dominante huizen, ze wisselen voortdurend van functie. Deze situatie maakt het modebeeld zeer chaotisch en inwisselbaar. Toen Raf Simons zijn gelijknamige merk opgaf om een comfortabele positie bij Prada te kiezen, werd de modewereld en de manier waarop studenten modeontwerp denken voorgoed veranderd. Mode zal nooit meer hetzelfde zijn!” Naast de nieuwe uitdagingen van de wereld, gevormd door een filosofie van “pragmatische kunst,” diversifieert ook de Belgische mode haar ambities.
Hermes SS25
Welke creatief directeuren zijn afgestudeerd in België?
Nadège Vanhée bij Hermès – Modeacademie Antwerpen, 2003
Anthony Vaccarello bij Saint Laurent – La Cambre Mode[s], 2006
Demna bij Balenciaga – Modeacademie Antwerpen, 2006
Matthieu Blazy bij Chanel – La Cambre Mode[s], 2007
Glenn Martens bij Diesel en Maison Margiela – Modeacademie Antwerpen, 2008
Léa Peckre bij Celine – La Cambre Mode[s], 2010
Anaïs Lalu bij Balenciaga Couture – La Cambre Mode[s], 2013
Marine Serre bij Marine Serre – La Cambre Mode[s], 2016
Julian Klausner bij Dries Van Noten – La Cambre Mode[s], 2016
Igor Dieryck bij Hermès – Modeacademie Antwerpen, 2022