Voor velen is de komst van de lente altijd al een langverwacht feestje. Het betekent niet alleen dat de dagen alweer wat langer en warmer worden, maar het laat de natuur herleven (als een frisse start na de koude maanden). Alhoewel de meeste kalenders 20 of 21 maart als startdatum aangeven, is het allemaal niet zo simpel.
Astronomisch begin: de lente-equinox
Traditioneel gaat men ervan uit dat de lente start met de lente-equinox – het moment waarop dag en nacht vrijwel gelijk zijn (bijna overal op aarde). Meestal valt dit rond 20 of 21 maart, maar let op: in 2044 en 2048 valt de equinox op 19 maart. Dit komt doordat onze kalender net iets anders tikt in verhouding tot hoe de aarde om de zon draait.
Hoewel de equinox vaak het “officiële” startsein voor de lente is, voelt het voor veel mensen en in de natuur anders, wat soms tot verwarring kan leiden over wanneer de lente eigenlijk begint.
Meteorologisch begin: een vaste indeling
Voor meteorologen begint de lente steevast op 1 maart en loopt deze door tot 31 mei. Het jaar is verdeeld in vier gelijke seizoenen van elk drie maanden volgens de Gregoriaanse kalender. Dit zorgt ervoor dat er steeds vaste data zijn voor het vergelijken van weer en temperatuur (dat maakt de analyses een stuk overzichtelijker).
Die vaste datums maken het makkelijker om weerpatronen en temperatuurwisselingen te volgen. Voor sectoren zoals tuinbouw en landbouw is deze indeling vaak handiger, omdat deze beter aansluit bij de werkelijke temperatuurwisselingen en groeicycli – niet alles draait immers om een equinox.
Waarom dat verschil er toe doet
Het onderscheid tussen astronomische en meteorologische seizoenen kan wat verwarring veroorzaken, maar het heeft wel praktische voordelen. Voor het doen van klimaatmetingen moeten de seizoenen altijd volgens dezelfde regels ingedeeld worden; zo kun je betrouwbaar vergelijken. In de tuinbouw is het bijvoorbeeld handig om precies te weten wanneer je begint met planten (zonder te vrezen voor een late vorst).
Bovendien merken mensen vaak al in maart dat alles warmer wordt en de dagen langer duren. Dus ook al start de lente volgens de sterren later, de natuur en onze activiteiten gaan vaak al eerder in “lente”-modus.
Hoe je ernaar kijkt
Alhoewel kalenders ons vertellen dat de lente meestal op 20 of 21 maart van start gaat, kan het in de praktijk soms eerder voelen, afhankelijk van je blik op het seizoen. De meteorologische indeling biedt een vroege startdatum die voor bijvoorbeeld de tuinbouw vaak handiger blijkt te zijn, vooral als je kijkt naar zaden die je nu moet zaaien.
Als je zowel naar de astronomische als de meteorologische definitie kijkt, krijg je een beter idee van de wisselende temperaturen en kun je je dagelijkse plannen er wat beter op afstemmen (denk aan wanneer je je tuingereedschap tevoorschijn haalt of je weekenduitstap plant). Het weten wanneer welk seizoen begint, beïnvloedt niet alleen wetenschappelijke metingen, maar ook hoe we onze dagelijkse beslissingen nemen en hoe we omgaan met de natuur en onze omgeving.