Uit de kast
De immer goedgezinde Joy Anna neemt ons mee naar de kleedkamer waar ze haar Jana-kleren inruilt voor haar eigen outfit. Terwijl Dokter Ann (Monika Van Lierde) in de make-up zit, stormt collega Mayra (Muriel Bats) de kleedkamer binnen. ‘Ik heb geen kleren!’, zegt ze tegen een kleedster. En dat in een overvolle ‘closet’. Terwijl de stylingassistent zich over haar ontfermt, schuif ik aan bij de drie dames die zich over de looks van alle Thuis-personages ontfermen.
‘Ik ben geen Jani’
Tinneke Bruyninckx is kostuumadviseur en hoofdstyliste. Zij bepaalt de stijl van de personages en is verantwoordelijk voor het aankopen van hun nieuwe outfits. ‘Sommige personages hebben een kledingsponsor, voor de andere ga ik nieuwe stukken shoppen of ga ik op zoek in het rijke archief van de vrt. Hoewel de personages moeten meegaan met hun tijd, is het absoluut geen vereiste om heersende trends te volgen. Zelf ben ik graag op de hoogte, maar voor de personages is het minder belangrijk. Ik ben geen Jani, het is niet mijn taak om hen mooi te maken. Personages zoals Nancy of Eddy moet ik zelfs expres niet stijlvol maken. Dat doe ik door stukken fout te combineren of tegen de stylingregels in te gaan. Een fletse blouse is uitermate geschikt om er iemand meteen ziekelijk of slecht te laten uitzien.’
Dikke buiken
Af en toe komt Tinneke met dank aan creatieve scenaristen voor een uitdaging te staan. ‘Ik vind zwangerschappen altijd gedoe. Of de actrice nu zwanger is en dat niet mag zijn of omgekeerd, het vraagt altijd veel voorbereiding. We hebben verschillende buiken en beha’s die dikker worden naarmate het scenario vordert. Maar omdat er vaak door elkaar gefilmd wordt, moet ik goed opletten dat de dikte van de buik overeenkomt met de verhaallijn. Het is nog moeilijker om een zwangere actrice niet zwanger te laten lijken. Daarvoor maken we gebruik van jasjes in stijve stoffen, donkere kleren, strategisch geplaatste handtassen of sjaals. Als ze hoogzwanger zijn, laat ik het echter over aan de regisseur. Dan moet hij ze maar achter een tafel zetten of de krant laten lezen!’
Op vrije dagen moet je Tinneke niet in een drukke winkelstraat verwachten. ‘Ik ben zodanig veel met kleren bezig dat ik zelden ga shoppen voor mezelf. Als ik ga winkelen is het voor mijn kinderen en dan hoeft het zeker niet lang te duren!.’