“Ik weet absoluut nièts over mode,” klinkt het in een bulderende lach. “Ik ben geen fashion victim en heb thuis geen stapel Vogues liggen.” Nochtans prijkt er op het bureau van de Gentse Geoffroy Moreels wél een Chinese Vogue met één van zijn ontwerpen op de cover. Welkom bij My Bob!
Hij mag zijn kennis van mode dan wel relativeren, Geoffroy staat aan het hoofd van een klein hoedenimperium, My Bob, dat aan een razend tempo blijft groeien. Dat speelde hij klaar met een bijzondere aanpak: “Ik zie mijzelf niet echt als een ontwerper. Voor ik My Bob begon, zo’n vier jaar geleden, heb ik jaren in de farmaceutische wereld gewerkt. De eerste opzet van het label was trouwens pure import: via een vriend in Equador kwam ik in contact met een degelijke atelier voor panama hoeden. Die importeerde ik in andere landen en zo is mijn eerste ‘collectie’ ontstaan.”
Gaandeweg evolueerde die opzet: vandaag reist Geoffroy de wereld rond, op zoek naar ateliers die zijn eigen ideeën kunnen verwezenlijken. “Ik verkoop eigenlijk het vakmanschap van anderen en heb het grootste respect voor handwerk –vooral omdat ik dat artisanale proces van heel dichtbij te zien krijg. Aan deze panama alleen werd er bijvoorbeeld zes maanden lang gewerkt. Als je de hoed in het licht houdt, zie je die perfecte tekening ook verschijnen, dat vind ik fantastisch!”
Zodus werkt Geoffroy met panama makers in Equador, een broderie atelier in India (“een topatelier, dat ook met Dior werkt!”), viltbewerkers in Spanje, maille- en kasjmier ateliers in Italië, enzovoort.
Niet alleen de kwaliteit van het werk is belangrijk, ook de gebruikte materialen worden met de grootste zorg geselecteerd. Voor elke collectie speurt Geoffroy wereldwijd leveranciers op om het juiste stro, vilt, kasjmier, kant, pels en noem maar op te vinden. Dat vertaalt zich ook in de hoge prijs van My Bob. “Ik heb hoeden aan 200 euro, maar er zijn er ook die 3000 euro kosten. Dat is uiteraard veel geld, maar er schuilt wel topkwaliteit achter.”
Een reis rond de wereld dus, meteen ook de inspiratie achter de My Bob collecties. “Ik ben 200 dagen per jaar op reis en haal daar heel veel ideeën uit. Elke lijn is dan ook op een specifiek land of stad gebaseerd. Deze winter is Londen aan de beurt: we hebben de rebelse streetwear van de Britse hoofdstad naar hoeden vertaald. Rood leer, vilt, bolhoeden, tartan, maar ook metallic en piercings! Elke hoed is voorzien van een pittige piercing, de leidraad in de hele collectie. Ik ben daarvoor bij een tattoo artiest in de buurt gaan informeren welke soort ik het best kon gebruiken –dat bleken oor- en tepelpiercings te zijn!”
Het sterke punt van My Bob? De levendige kleuren en originele combinaties.
Elk seizoen worden die op basis van beelden uit het inspiratieland samengesteld. "Mijn grootmoeder is Zweeds en ik baseerde mijn vorige collectie op haar strandhuis, waar we vroeger vaak op reis gingen. Die kleuren en indrukken verwerk ik in mijn ontwerpen."
Een geweldige verzameling hoeden, die mij het water in de mond brengt. Hoe komt het toch dat wij nooit eerder van dit label hebben gehoord? “Ik heb eigenlijk maar weinig verkooppunten in België -je vindt mijn creaties bij Daphnis & Chloe in Kortrijk, bij Marcos in Antwerpen, Crossword in Brussel en Azur in Knokke. Mijn belangrijkste markt licht immers in Azië. Tot mijn eigen verbazing ben ik in China trouwens één van de beste hoedenverdelers: mijn collecties worden er in elke high-end department store verkocht.”
“Het is trouwens grappig hoe diverse markten verschillende vragen en eisen hebben. Zo reageert elk land anders op mijn gepiercede hoeden. In de Verenigde Staten is dat heel puriteins: ofwel worden ze niet verkocht, ofwel wordt het woord ‘piercing’ vervangen door iets in de aard van ‘pin’ –als de link met een piercing maar niet wordt gelegd! De Aziaten zijn er dan weer dol op, in Europese verkooppunten vind ik zowel voor- als tegenstanders. Bij bepaalde fabrikanten was het sowieso een drama: ik gebruik poil de castor, dat is vilt van de hoogste kwaliteit, en ze vonden het een misdaad om dààrin te gaan piercen, haha!”
Nooit gedacht om een collectie te baseren op Azië? “Neen, dat zou strategisch een verkeerde beslissing zijn. Aziatische klanten zijn echt op zoek naar een Europese look en zijn niet geïnteresseerd in mode die hun eigen traditie opnieuw brengt. Een dom voorbeeld: een pet met Westerse letters op zal daar veel beter verkopen dan eentje met hetzelfde woord in Chinese karakters. Milaan, Parijs, Londen,…: dàt is wat de klanten daar doet dromen!”
“Dat neemt niet weg dat ik het een prachtige cultuur vind, persoonlijk zou ik bijvoorbeeld echt graag eens iets rond Japan maken, maar voorlopig is dat niet voor de hand liggend. Ooit wil ik ook rond Afrika werken, een plek die me nauw aan het hart ligt én waar ze als geen ander met kleuren kunnen omgaan.”
Elke hoed heeft een eigen lint, in India met de hand geborduurd. “Dat maakt ook deel uit van het DNA van My Bob: verkopers mogen customizen en zelf linten of andere details met hoedenmodellen combineren.”
Sjaals en clutches staan trouwens hoog op de My Bob agenda: “We brengen er nu reeds enkele per collectie, maar het is echt de bedoeling die lijn verder uit te breiden.”
Daar houden de toekomstplannen van dit veelbelovende label niet bij op: momenteel wordt er hard aan een eigen webshop getimmerd. Wie zolang niet kan wachten, kan op afspraak in de showroom komen shoppen -geloof me, een ervaring die veel discipline vergt: ik àlle hoeden hier kopen... Op eigen risico dus, kan je contact opnemen met mybob@mybob.be. Enjoy!
(Beeld: Tine Schoemaker)